22 juni 2025
Preek voor de tijd rond 4 en 5 mei “Vergelding of vergeving”
Gemeente van onze Heer Jezus Christus,
Nog niet zo lang geleden werd door het volkenkundig museum in Leiden de tentoonstelling NINEVEH georganiseerd. Deze expositie trok een recordaantal bezoekers en kreeg de eervolle museum prijs. Blijkbaar spreekt het thema enorm tot de verbeelding van grote groepen mensen die misschien ooit in de verte van haar gehoord hebben of zich uit hun kindertijd het verhaal van de kleine profeet Jona herinneren, die die gigantische stad moest bekeren. Nineveh is de stad uit oude mythes en verhalen over ongekende rijkdom , wellust, macht , geweld en wreedheid. Duizenden jaren lang lagen haar ruines onder het woestijzand verstopt, en niemand slaagde erin om Nineveh te vinden… het werd zelfs aangenomen dat de stad misschien zelfs een verzinsel was uit bijbelse tijden. Maar de bewoners van Mosul, een grote stad in IRAK, wisten te vertellen onder welke heuvels Nineveh moest liggen. Rond 1840 vonden archeologen uiteindelijk de onmetelijke overblijfselen van de stad waar Jona naartoe werd geroepen. Ze vonden de resten van monumentale paleizen, tempels en bibiotheken, schitterend beeldhouwwerk weelderige tuinen die de stad tot een groene oase gemaakt moeten hebben. De resten van enorme beelden troffen ze aan, en reliefs die de krijgsdaden van koningen als Assurbanipal en Sanherib vertelden. Nineveh moet de grootste stad van de toenmalige wereld, in 1000 voor Christus geweest zijn en een tijdlnag hoofdstad van het uitgestrekte Assyrische rijk. Dat was enorm: het overvleugelde het hele gebied vanaf de middelandse zee tot midden in Iran. Het was er al, toen Abraham uit Ur trok en Jakob vluchtte naar Egypte en niet voor niets zijn de verhalen uit het oude Testament doorpekt met verwijzingen naar dit enorme Rijk dat nietsontziend hele volken uitmoordde en deporteerde. Uiteindelijk werd Nineve verwoest door de Babyloniers, die het met de grond gelijkmaakten .
De tentoonstelling maakte indruk op mij omdat de verhalen uit het Oude testament over deze enorme veroveraars ineens tastbaar werden. Je voelde nog het ontzagwekkende van hun macht rond de portretten van eeuwenoude heersers met hun hoofdversiersels en hun speren hangen. Ineens kwam het verhaal van die kleine joodse profeet Jona tot leven.
Daar ergens, midden in het hart van wat nu de Arabische wereld is, bij de snikhete stad Mosul, was God al aanwezig en actief , duizenden jaren geleden in het mannetje dat helemaal alleen de grootste stad ter wereld tot inkeer moest brengen. Na het zien van de reconstruktie van Nineve besefte ik pas goed wat een krankzinnige opdracht Jona moest vervullen. Alleen de woestijnreis al betekende dat hij meer dan duizend kilometer moest overbruggen. En hoe zou een stoffige profeet uit Israel ook maar enige kans maken tegen de wachters bij de reusachtige poorten van de stad? Een kansloze onderneming ! Toch stuurt God Jona tot twee keer toe op weg, het hol van de leeuw in, er is geen ontkomen aan om die onmogelijke opdracht uit te voeren. Weerloos is Jona, tegenover die vasthoudende God van hem en tegen de kracht van Nineve.
We zullen nooit weten of het verhaal van Jona echt gebeurd is… maar toch is het een van de belangrijkste getuigenissen , het uit het oude testament, misschien juist wel omdat Jona een echte antiheld is. Een onbeholpen en koppig mens , maar ook groots en dapper, een beetje dwaas en toch vol vuur. Zoals wijzelf misschien. Jona ’s naam betekent DUIF, en dat is niet voor niets. Niets menselijks is hem vreemd…. Tot op het laatst. Hij wacht tot de stad tenonder gaat, tot er recht zal gedaan worden, en de daders gestraft. Daar zit hij, met een rood hoofd, verontwaardigd te wachten tot de stad haar lesje leren zal. Er moet een eind komen aan het regime van de soladtenlaarzen , de legers en het geweld.
Wat heb ik mij vaak in Jona herkend! Juist nu rond 4 en 5 mei worden wij allemaal weer bepaald bij het kwaad dat mensen wereldwijd wordt aangedaan – juist hen, die zich niet kunnen verweren. Tegen oorlogsgeweld en onrecht . Maar ook tegen de schreeuwers, de dikdoeners, de bazen en de bonzen, de graaiers, de handelaars, de uitbuiters, de mensen die zich breedmaken ten koste van de anderen, wellustelingen, schenders en doders. Nineve is overal, ook in ons eigen alledaagse leven, in de kranten , op straat, in de winkel, bij de buren , achter het stuur, in de politiek, op ons werk. Vernederd worden, daarin is Nineve. Maar ook : iemand anders pijn doen, aan de kant zetten, kleineren, beroddelen, pesten, daarin is Nineve. Nineve is machtig , nog steeds, ook in ons eigen leven, in onze eigen straat en in onze eigen buurt. Zelf heb ik vaak , net als Jona, verlangd naar vergelding, naar recht, als ik zag hoe mensen werden overschreeuwd of afgeschreven. Ik denk dat we ons allemaal herkennen in deze boze Jona, die machteloos aan de kant zit.
Een van de mooiste zinnen uit het Wilhelmus , dat we straks weer zullen gaan zingen, is daarom misschien in couplet 6 : “Dat ik zo vroom mag blijven, uw dienaar ’t allerstond: de tirannie verdrijven die mij mijn hart doorwondt”. Het is de hartekreet van iemand, die zelf verwond is door het grote Nineve in deze wereld, en daar zo graag een eind aan wil maken. De hartekreet van alle hedendaagse Jona’s, ook hier in ons midden. Maar het is ook een smeekbede om trouw te blijven als dienaar van God, die juist geen wraak en vergelding zoekt, en niet terugpakt, niet met gelijke munt betaalt, en niet handenwrijvend zegt : net goed!” maar uitroept: “Mag ik soms niet verdrietig zijn om als die mensen die het verschil tussen links en rechts niet kennen, en dan nog al die dieren?”
God, is verdrietig, moet huilen, om de mensen die niet beter weten en de hulpeloze dieren. Dat zegt hij tegen Jona, zijn boze, gekrenkte profeet. Mag ik soms niet verdrietig zijn? En hij spaart de stad. Wie dienaar wil zijn van deze God, kan de tirannie niet verdrijven door te vergelden, terug te slaan, maar door compassie te hebben. Niet kapot maken, maar herstellen. Niet afstraffen, maar troosten. Niet bombarderen, maar praten.
Hoe moeilijk is dat voor Jona, de dappere, eigenwijze, al te menselijke profeet die zo ontzettend zijn best gedaan heeft en zoveel heeft doorstaan. Bijna onmogelijk . Maar toch. God wijst hem de weg van het mededogen , de weg die de tirsnnie werkelijk verdrijft…… De weg die begint bij verdrietig zijn om alles wat weerloos is. Daar hoef je niet belangrijk of bijzonder of heel erg dapper voor te zijn. Je hoeft er niet de krant mee te halen en ook niet groots en meeslepend te zijn. Je hoeft alleen maar met een groot hart te leven. Een hart dat door de tirannie verwond is.
Op het Brinkplein in Betondorp ligt , in een bloemenperkje, een kleine steen van roze graniet, nauwelijks zichtbaar. Er zit een koperen plaatje op, dat de joodse gemeenschap noemt die uit de buurt zijn weggegvoerd. Het steentje ligt er nu drie jaar en elk jaar weer groeit de groep mensen aan die er op 4 mei de doden herdenken. Het steentje is er gekomen dankzij Annie, een lieve en trotse buurtmoeder van over de tachtig die de oorlog nog heeft meegemaakt en intussen overgrootmoeder is. Ze weet goed wat onrecht is en wat een gewond hart betekent. Altijd maar weer komt ze in het geweer voor mensen die kwetsbaar zijn in de buurt, ze verdrijft de tirannie, door kleine dingen te doen tegen de alledaagse machteloosheid, armoede en eeenzaamheid. Ze wordt Nineve de baas door dat roze steentje van verzet neer te leggen, klein en een beetje krom als ze is. Op 4 mei waren we daar twee minuten stil rond dat kleine teken van een grote compassie. Daarin zit Gods kracht verstopt: de zachte kracht van de weerloosheid, van de troost, van het koppige verzet.
Kortgeleden herdachten we de dood van dominee Martin Luther King. Hij zei: “Steeds en steeds weer moeten we onszelf overwinnen en het opbrengen om tegenover de kracht van geweld de kracht van het hart en de ziel te stellen” Hij wist waar hij het over had…..Het overwinnen van jezelf om het goede te doen, om de tirannie van de wereld te weerstaan , om je te laten raken, om een dienaar van God te durven zijn, is helemaal niet zo eenvoudig. Het vergt moed, om niet in de pas te lopen van Nineve, zou je kunnen zeggen…..om de tirannie uit te dagen. Op dagen als deze ervaren we steeds weer dat kiezen voor het goede een hoge prijs kan hebben.
Maar juist daarom klinkt vandaag vanuit het evangelie van Lukas een stem , een zachtaardige stem die ons vraagt: “Waarom toch al die bedenkingen?” Het is de stem van Jezus, die onze gedachten leest, zoals hij ze ooit las van de gezagsgetrouwe en regelvaste schriftgeleerden. Het is alsof hij zegt: Niet bang zijn om het goede te doen, te helen, genezen, herstellen , vergeven, liefdevol te zijn , belangeloos. Wat kan jou gebeuren? Ik wil jou , zoals je bent, mijn vriend, discipel, apostel, reisgenoot. Zoals ik ooit Jona riep om te gaan en het onmogelijke te doen, zo roep ik nu jou. Na 4 mei, komt 5 mei! Wees vrij en moedig om in mijn naam op weg te gaan en mij te volgen. “Breek Uw tent op, ga op reis, naar het land dat ik U wijs.” Naar Nineve. Naar Watergraafsmeer. Naar Jeruzalem, Amstedorp, Betondorp, De Meren, Diemen, naar vriend en vreemde….verdrijf de tirannie door met de ogen van God te kijken naar het Nineve om ons heen. Door de wereld gaat een Woord !
Amen .