9 november 2025
Zolang wij ademhalen
schept Gij in ons de kracht
om zingend te vertalen
waartoe wij zijn gedacht:
elkaar zijn wij gegeven
tot kleur en samenklank.
De lofzang om het leven
geeft stem aan onze dank.
Al is mijn stem gebroken,
mijn adem zonder kracht,
het lied op and’re lippen
draagt mij dan door de nacht.
Door ademnood bevangen
of in verdriet verstild:
het lied van uw verlangen
heeft mij aan ’t licht getild.
Het donker kan verbleken
door psalmen in de nacht.
De muren kunnen vallen:
zing dan uit alle macht!
God, laat het nooit ontbreken
aan hemelhoog gezang,
waarvan de wijs ons tekent
dit lieve leven lang.
Ons lied wordt steeds gedragen
door vleugels van de hoop.
Het stijgt de angst te boven
om leven dat verloopt.
Het zingt van vergezichten,
het ademt van uw Geest.
In ons gezang mag lichten
het komend bruiloftsfeest.
Gemeente van Jezus Christus,
Dit lied van Sytze de Vries is mij dierbaar. Het weet zo mooi woorden te geven aan dat wat ik de afgelopen weken mocht ervaren, namelijk de kracht van de kerk als gemeenschap. Midden in het diepe verdriet dat sommigen van ons trof, en daarmee ook ons allen, was te voelen dat zij niet alleen stonden. Dat is zelfs opgemerkt door mensen die niet tot onze gemeenschap horen, maar het zagen en voelden gebeuren.
Elkaar zijn wij gegeven tot kleur en samenklank, zo zingt de eerste strofe.
Wat mij betreft geldt dat niet alleen voor de kerk, maar eigenlijk voor ons als maatschappij. Net als in onze kerk kiezen we daarin niet uit wie onze buren zijn, wie de mensen zijn met wie we mogen samenleven. Dat is soms ingewikkeld, maar is juist ook krachtig. De ander, met een ander klank, kan mij aanvullen en verrijken.
Uit de woorden van het lied spreekt voor mij zoveel ruimte en waardering voor de ander juist omdat hij of zij anders is. Het zingt van het idee dat we elkaar door God geschonken zijn, om sámen de samenleving kleur te geven. Om sámen te worden tot een mooi koor, waarin de verschillende stemmen elkaar aanvullen en versterken. Dat alles vanuit een diep gevoel van dankbaarheid richting God de schepper. Dank om de mede-mens die ons door Hem geschonken is om mee te leven, van te leren en van betekenis voor elkaar te zijn. Zo heeft God zijn schepping bedoeld.
Dan lijkt in de tweede strofe de sfeer om te slaan, want het gaat opeens over een gebroken stem. Het is als de realiteit van het leven die opeens over je heen kan slaan, als de golven van een storm. Van het ene op het ander moment kan je leven ingrijpend veranderen. Of een verandering is minder plotseling, maar net zo ingrijpend, bijvoorbeeld als je ziek wordt of door ouderdom je leven sterk veranderd.
Sytze de Vries heeft dit lied geschreven in een moeilijke fase van zijn leven. Hij las toen een boekje van orthopedagoog prof.dr. W. ter Horst getiteld ‘over troosten en verdriet’. Daarin las hij woorden die hem raakten. Die zeiden dat je het verdriet mag uitvechten in een lied. Dat in een lied alles mag en kán klinken: lief en leed, vreugde en verdriet, geborgenheid en verlatenheid, uitzicht en wanhoop. In een lied is voor alles ruimte. Zowel troostbieder als troostzoeker kunnen zich gezien en erkend voelen in de woorden van een lied.
Het lied op and’re lippen, draagt mij dan door de nacht.
Soms is dat precies wat je nodig hebt. Dat anderen dat lied voor jou zingen, dat je zo mooi vindt, maar waarbij je eigen adem stokt. Maar het te horen hoe anderen het voor je zingen, het je misschien zelfs wel toezingen; dat kan zoveel goed doen.
Soms hoor ik van mensen dat ze aarzelen om naar de kerk te gaan omdat ze bang zijn in tranen uit te barsten. Ik zeg dan vaak dat ik het alleen maar mooi vind als er in de kerk ruimte is voor onze emoties, van vreugde tot verdriet. Dat het juist de kracht is van muziek en van de liederen die we zingen, dat ze tot diep in onze ziel weten door te dringen. Het zijn vaak de liederen die je helpen verder te kijken dan dit ene moment, zowel door de melodie als de woorden.
Het maakt dat helemaal niet uit dat je zelf soms het lied niet mee kan zingen. Er zijn altijd wel anderen die het voor je zingen.
Het kan bijna niet anders of Sytze de Vries heeft bij het schrijven van dit lied het verhaal in gedachten gehad dat wij gelezen hebben. Het verhaal over Paulus en Silas die in Filippi te veel mensen tegen de haren instrijken en daarom gegeseld en wel in de gevangenis belanden. In de binnenste kerker, met de voeten in een blok vastgezet. Geen ontsnappen mogelijk.
Wat doen Paulus en Silas terwijl ze daar zitten, pijn hebben en niet weten wat hun verder nog te wachten staat? Ze gaan bidden én zingen! ‘
Het donker kan verbleken, door psalmen in de nacht
De muren kunnen vallen: zing dan uit alle macht!
Ik kan me zo voorstellen dat ze de psalmen zongen die wij nog gebruiken. Psalmen waarin ook het hele leven voorbij komt, van hoop tot wanhoop, van klacht aan God tot loflied voor hem. En, zo staat er, de andere gevangenen luisterden aandachtig. Door zichzelf moed en vertrouwen in te zingen, zijn Paulus en Silas zelfs in de gevangenis missionair bezig. Ze hebben de aandacht en verrassen hun lotgenoten met wat ze doen.
Als een antwoord op het gezang van Paulus en Silas trilt de aarde en gaan de sloten van alle gevangenen open. Nergens staat dat God hier de hand in heeft, maar je voelt aan alles dat de schrijver dat wel bedoeld. God hoort én ziet wat mensen bezig houdt en hen niet in de steek laat. God laat zich ook in dit verhaal kennen als en bevrijdende God.
Zingen kan bevrijdend werken.
In het verhaal uit Handelingen vrij letterlijk. Al is het bijzondere dat Paulus en de andere gevangenen de gewonnen vrijheid niet misbruiken. Ik heb altijd het plaatje in mijn hoofd gehad dat het gezang van Paulus en Silas zo inspirerend was dat de gevangenen, in plaats van te vluchten, naar de cel van Paulus en Silas gegaan zijn om te luisteren naar hun verhalen. Ik kwam tot de ontdekking dat dit er helemaal niet staat, maar eigenlijk maakt dat niet eens uit. Zelfs in de beroerde situatie doen ze waarvoor ze naar Filippi gekomen zijn: vertellen over Jezus liefde voor mensen. Met dat getuigenis veranderen ze in ieder geval het leven van de gevangenbewaarder en zijn gezin.
Zingen kan bevrijdend werken, ook figuurlijk
Doordat het recht doet aan hoe rot of verdrietig je voelt.
Doordat je woorden mag geven, voor dat wat anders onuitgesproken in je leeft.
Doordat je even uitgetild wordt boven je huidige situatie. Er word je even een glimp gegund in wat op je ligt te wachten. Dat kan genoeg moed geven om door te gaan, zelfs al verandert er niet gelijk iets.
Het zingt van vergezichten, het ademt van uw Geest
Dat is precies wat het lied van Sytze de Vries ook doet. In de laatste regels wordt het perspectief verlegd. Het gaat opeens niet meer over het hier en nu, maar over de tijd die eens zal komen. Dat bruiloftsfeest waar het lied over zingt gaat over de tijd dat God zal komen om onder ons te wonen. De tijd dat het leven en de aarde voorgoed veranderd en er geen pijn en verdriet meer zal zijn. Waar we rationeel er aan kunnen twijfelen of er zo’n tijd echt zal komen, kunnen we zingend soms voelen: ja hier durven we op te vertrouwen, al kunnen we dat niet verklaren of bewijzen.
Zo versterken vandaag lied en Bijbelverhaal elkaar. Omdat ze allebei gaan over de kracht van het lied dat de gelovige zingt. Soms eeuwenoude liederen, waarvan we weten dat ze al generaties lang kracht en moed hebben gegeven. Dan mogen de woorden soms niet meer de onze zijn, er blijft wel iets voelbaar van die zeggingskracht die ze hebben.
Het lied van de gelovige is een gebed en een belijdenis. Het bevraagt God, maar bezingt ook zijn grootheid. Het lied maakt ruimte voor verdriet en op andere momenten voor diepe dankbaarheid. Het lied van de gelovige is er voor zichzelf en de ander. Liederen klinken er voor troostbieder en voor troostzoeker.
Laten we daarom vooral met elkaar blijven zingen in de kerk. Niet alleen voor onszelf, maar juist voor de mensen in ons midden die even niet kunnen zingen, maar toch de troostende kracht van deze woorden heel hard nodig hebben. Dan helpen we elkaar om verbonden te blijven met God en te blijven geloven, hopen en liefhebben. Dan geven we elkaar de kans om opgetild te worden door een lied en even te zien, wat we alleen nooit zouden kunnen zien: de toekomst die God ons gunt.
Amen

