Het doel van ons gemeente-zijn is dat we als gemeente(leden) groeien in de verborgen omgang met God, groeien in de onderlinge gemeenschap, samen één zijn in veelkleurigheid, verbonden met, gastvrij naar en dienstbaar aan de samenleving en de wereld.

2 februari 2020

Gemeente van Jezus Christus,
Proef en zie hoe goed God is.
Deze woorden deden mij denken aan een workshop die ik een keer heb gehad. Het ging over de doop en het avondmaal. We stonden niet stil bij wat er gezegd wordt, maar juist bij de andere zintuigen die met deze sacramenten worden aangesproken.
Want waar we in de protestantse kerk vooral op het horen gericht zijn, valt er in doop en avondmaal wat te zien, te voelen, te ruiken en te proeven. Bij de doop zien en horen we het water als het in het doopvont wordt gegoten. Bij het avondmaal wordt er brood opgepakt en voor onze ogen gebroken. Een stukje van wat ooit één brood was, wordt in je handen gelegd. Je handen sluiten je om de beker, je ruikt de wijn voordat je haar proeft. Opeens doet alles mee.
Tijdens die workshop ontdekten we wat voor verschil het kan maken welk soort brood er bij het avondmaal gebruikt wordt. Een matses klinkt, ruikt, voelt en proeft heel anders dan een Turks brood of dan het witte brood dat meestal gebruikt wordt. Elk soort brood riep hele andere associaties op.
Dat was bijna nog sterker bij de wijn. Droge, bittere wijn laat je de bitterheid proeven van de lijdensweg van Jezus proeven. Doet je op die manier beseffen hoe zwaar en bitter het lot is dat Hij voor ons heeft ondergaan. Terwijl zoete wijn eerder een gevoel van vreugde oproept. Vreugde om de overwinning op de bitterheid, vreugde van het koninkrijk waar we naar toe mogen leven en waar het leven goed zal zijn.
Proef en zie hoe goed God is.
Al in de kerk van de 2e eeuw na Christus werd deze tekst gebruikt tijdens de maaltijd van de Heer, ook wel eucharistie genoemd. Eucharistie betekent dankbaarheid, of je dank uiten. Dankbaar voor die God die betrokken is bij mensen en hun levens. Die zich niet te goed voelt voor onze dagelijkse beslommeringen. Die ziet en hoort hoe zwaar het leven soms kan zijn. Die in Jezus met beide benen in de modder van deze aarde is komen te staan, om daar hoop en perspectief te bieden.
Die dankbaarheid is de grondtoon van heel Psalm 34. ‘God wil ik prijzen, elk uur van de dag, mijn mond is altijd vol van zijn lof’ zo begint de dichter zijn lied. Dat doet hij omdat hij persoonlijk heeft ervaren dat God hem geholpen heeft: ‘Ik zocht God en hij gaf mij antwoord. Hij heeft mij van alle angst bevrijd’. ‘Fluisterend kon deze gebogen, gebroken mens nog roepen en God heeft naar mij geluisterd en mij gered’
De dichter is daar zo enthousiast over dat hij mensen uitnodigt om mee te doen. ‘Bezing samen met mij hoe groot God is, laten we samen Gods naam met respect noemen’ Hij is er van overtuigd dat andere gelovigen zich in zijn ervaring moeten herkennen. Dat zij ook van die momenten gehad hebben waarop God op bijzondere wijze aanwezig was in hun leven. Misschien wel juist toen ze het niet meer verwachtten. En als ze het dan niet zelf hebben ervaren, dan hebben ze wel gezien en gehoord hoe anderen zo’n ervaring hebben gehad.
Proef en zie hoe goed God is
Gezegend de mens die bij Hem schuilt.
Goed, Tov, dat woord doet denken aan de schepping waar God na iedere scheppingsdag om zich heen kijkt en ziet dat het goed is. Nog niet eens alles is af, maar het is toch goed. Het voldoet aan Gods bedoeling waarmee Hij het gemaakt heeft. Er is nog niets wat daar afbreuk aan doet, het ontkent of er van afleidt. In tegenstelling tot vandaag de dag waarin we zoveel zien en lezen dat niet goed, dat kwaad is en mensen beschadigd.
Een wereld die voldoet aan Gods bedoeling. De hele Bijbel door is dat het wenkend perspectief. Daar waar we naar op weg zijn en waar steeds opnieuw sporen van te vinden zijn. Zo ook in het Nieuwe Testament, want bij de evangelist Matteüs is het eerste wat Jezus zegt als Hij aan zijn werk begint: ‘Keer je om, want het koninkrijk van de hemel is ophanden’.
Jezus heeft het tijdens zijn werk veel over dat koninkrijk gehad. En nooit heeft hij er een precieze blauwdruk van gegeven, maar altijd sprak hij erover in beelden en verhalen. Uit alles wat Jezus erover vertelt spreekt dat het leven in het koninkrijk goed is, zoals ook de schepping goed, tov was. Er is recht, vrede en iedereen telt evenveel mee. De zwakke, de gebukte mensen van deze wereld hebben in dat koninkrijk zelfs een streepje voor. Het leven is er goed voor iedereen. Niet omdat het onze prestatie is, maar omdat God het ons gunt en schenkt. Gods goedheid proeven en zien zal in dat koninkrijk zeker lukken.
Het is dat koninkrijk wat Jezus hier op deze aarde al een beetje gerealiseerd heeft, in wat hij zei, in wat hij deed. Jezus heeft Gods goedheid, dichtbij gebracht en tastbaar gemaakt.
Tegelijkertijd blijft het koninkrijk van God een wenkend perspectief. Jezus neemt iedereen die achter Hem aan wil komen mee naar dat koninkrijk waar het leven goed is. Hij baant de weg en moedigt mensen aan om met Hem mee op weg te gaan: ‘keer je om, het koninkrijk van God is nabij’.
Kom mee om het te zien en te proeven hoor je hem bijna zeggen.
Nu is het mooie aan Psalm 34 dat de goedheid van God niet ontkent dat ons leven soms niet goed is. Want al dat gepraat over Gods goedheid, het koninkrijk en het paradijs kan ons een ongemakkelijk gevoel geven. Het leven is niet altijd makkelijk en geeft zeker lang niet altijd aanleiding om blij en vrolijk te zijn. Daar kunnen velen van u over meepraten. Elk leven kent zo zijn dalen. De dag na de begrafenis van zo’n jong iemand kan het wrang voelen om het te hebben over Gods goedheid. Waar is die te vinden te midden van zoveel verdriet?
De dichter van Psalm 34 probeert dat niet weg te poetsen of glad te strijken. Hij is zich maar al te bewust van de dalen in het menselijke leven, is er zelf geweest zo proef je uit zijn woorden. Het is de achtergrond van de Psalm. David heeft dit lied geschreven toen hij moest vluchten voor Saul. Zich als een gek moest gedragen om in leven te blijven.
Toch zegt hij: ‘De mensen met een gebroken hart is God nabij, hij redt hen van wie de geest verbrijzeld is. Al blijft de rechtvaardige niets bespaard, God zal hem steeds weer bevrijden.’
Het is niet zo dat het leven makkelijker wordt door te geloven. Juist niet zullen velen zeggen, zoals de christenen die vervolgd worden. Toch mag je leven in de wetenschap dat je er niet alleen voor staat. God is trouw in zijn liefde aan ons, in voor en tegenspoed.
Willem Barnard dichtte hierover:
Gods goedheid is te groot
Voor het geluk alleen,
Zij gaat in alle nood
Door heel het leven heen.
(Lied 650, liedboek 2013)
Het is die ervaring dat zelfs in de diepste nood, in je diepste ellende, Gods goedheid uiteindelijk niet ophoudt te bestaan.
Proef en zie de goedheid van God
God red het leven van zijn dienaren
Gezegend de mens die bij God schuilt.
De grondtoon van de Psalm is de dankbaarheid van de dichter richting die God die trouw is aan mensen, die hen hoort, die hen bevrijdt en redt. God die in Jezus heeft laten zien dat na lijden, sterven en dood, de opstanding komt. Een nieuwe kans om de weg te gaan waarop het leven goed, tov is. Waar het leven voor iedereen de moeite waard is.
God nodigt ons vandaag aan zijn maaltijd
Om daarin te zien en te proeven dát Hij goed is
Dat Hij ons in Jezus nabij is, vertrouwd met ons menselijke leven
Dat Hij je weet los te breken en op nieuwe wegen weet te zetten
Dat je bij Hem mag schuilen, in de wetenschap dat de deur nooit dicht zal zijn.
Neem jij zijn uitnodiging aan?
Amen