Het doel van ons gemeente-zijn is dat we als gemeente(leden) groeien in de verborgen omgang met God, groeien in de onderlinge gemeenschap, samen één zijn in veelkleurigheid, verbonden met, gastvrij naar en dienstbaar aan de samenleving en de wereld.

23 augustus 2020

Overweging bij Ruth 1: 1- 19a en Romeinen 8: 31-39
Gemeente van Jezus Christus,
Van alle soorten genres boeken die er bestaan, is de biografie mijn lievelingsgenre. Het leek me eigenlijk altijd heel saai om een biografie te lezen, maar toch begon ik er ooit aan één, en sindsdien hebben biografieën mij gegrepen. De beschrijving van een mensenleven van begin tot einde, met daarin details en verhalen die je zoveel vertellen van de context van iemand, waardoor je of iemand veel beter gaat begrijpen of waardoor juist een chique buitenkant wegvalt, of waardoor blijkt dat iemand helemaal niet zo was zoals altijd werd gedacht.
De biografie van Annie M.G. Schmidt bijvoorbeeld van Annejet van der Zeijl, misschien heeft u hem wel gelezen. Of, van dezelfde schrijfster, de biografie van Prins Bernhard.
Biografieën leggen iets bloot van een leven waar wij vanaf de buitenkant geen idee van hebben.
Annie M.G. Schmidt bijvoorbeeld, die zulke vrolijke kinderboeken schreef, maar ondertussen vaak zelf heel ongelukkig was. Prins Bernhard, die van de buitenkant zo’n charmante man was, maar ondertussen zijn nabije omgeving het heel moeilijk maakte en hen veel pijn deed.
Vaak ben ik na het lezen van zo’n boek een beetje van slag. Omdat het soms zoveel onthult, of, omdat je soms je zo goed kan zien dat een rode draad die door levens loopt er ook een van veel pijn kan zijn. Maar het trekt ook aan zo’n biografie, omdat het zo goed laat zien wat een mensenleven is. Dat het gras bij de buren niet groener is, dat succes soms pas na jaren hard werken komt,
dat bepaalde keuze soms wel en soms niet goed doordacht zijn, maar vervolgens wel veel kunnen bepalen.
En het doet je nadenken over je eigen biografie: wat is de rode draad in mijn leven, wat zijn mijn valkuilen, uit wat voor nest kom ik en hoe bepaalt dat wie ik nu ben?
Het bijbelboek Ruth is eigenlijk ook een soort biografie. Het vertelt het verhaal van Naomi en Ruth, de twee hoofdpersonen. We lazen in hoofdstuk één over twee grote reizen. De reis van Naomi naar Moab met haar man en zonen. En in een paar korte verzen wordt het drama verteld van haar leven. Ze verliest haar man en ook haar twee zonen. Gevlucht voor de honger, op zoek naar een beter leven, verliest zij alsnog haar geliefden.
Een drama. Afschuwelijk.
In een paar woorden wordt dat verteld. En ze geeft het op, de levenszin en vreugde zijn weg en wie kan haar dat kwalijk nemen. De Heer is tegen mij, is haar conclusie. Ze weet niet hoe ze moet duiden wat haar overkomt en ze doet het zo.
Als vreemdeling verblijft ze in Moab, totdat ze hoort dat er weer eten is in Bethlehem en ze besluit weer terug te gaan. Haar schoondochters gaan mee, als vanzelf. Maar Naomi blijft aandringen om terug te gaan. Orpa gaat uiteindelijk terug, en dat is haar niet aan te rekenen. Zoveel is haar afgenomen, nu ook haar familie en vertrouwdheden achterlaten is haar te veel.
Ruth niet. Ruth blijft bij Naomi en spreekt duidelijke taal: ik ga met u mee. En dan die prachtige woorden waaraan we Ruth meteen herkennen: Uw volk is mijn volk, en uw God is mijn God.
Naomi zwijgt als ze beseft dat het Ruth menens is, ze trekken samen verder. Op weg naar Bethlehem, wat broodhuis betekent. Ze zijn op weg naar brood, waar ooit hongersnood was.
Daar eindigde onze lezing, maar het verhaal gaat door. Ze gaan naar Bethlehem en Ruth trouwt met Boaz, een ver familielid van Naomi en samen krijgen zij een zoon, Obed. En Naomi wordt door haar buurvrouwen gelukkig geprezen: Kijk wat de Heer voor je heeft gedaan. Je schoondochter Ruth heeft je dit kind gegeven, zij houdt van je en zij is meer waard dan zeven zonen! En Obed, Ruth’s zoon, Naomi’s kleinzoon, is de vader van Isai die weer de vader van David was. En zo in een lange lijn die volgt, zijn Ruth en Naomi opgenomen in de geslachtslijn van Jezus.
En zo eindigt het Bijbelboek Ruth. Eind goed, al goed. Maar is het zo simpel?
Het typerende, maar ook wel verraderlijke van een biografie is, dat het een heel leven laat zien. Een afgerond leven. Van begin tot einde. Een biografie lees je vaak als iemand er niet meer is, waardoor een overzicht van iemands leven kan worden gemaakt. Daardoor krijg je een bepaald beeld dat, hoewel heus niet alleen maar zonnig, wel een afgerond en compleet beeld laat zien.
De keuze die Ruth maakt om mee te gaan met Naomi kunnen wij niet meer los zien van het vervolg van het verhaal.
Die korte zinnen die het drama aangeven van Naomi’s leven: haar man overleed en vervolgens haar twee zonen, die zinnen lezen wij in het geheel van haar verhaal. Ja.. dat gebeurt nu, maar we weten hoe het afloopt, namelijk dat haar verdriet in vreugde zal veranderen.
Maar op dat moment, midden in dat verhaal waar Naomi en Ruth op de drempel staan van het verleden naar de toekomst, weten zij beiden niet hoe het verder zal gaan. De keuze van Ruth voor haar schoonmoeder, voor de God van haar schoonmoeder, voor een onbekend land en een onzekere toekomst, maakt zij zonder te weten wat komen gaat.
Als we dat tot ons door laten dringen, wordt de keuze van Ruth en haar woorden nog indringender.
Onze eigen biografie is niet geschreven, want ons leven is niet af. Wij staan er middenin. Misschien wel middenin het drama. Misschien wel middenin de bloei. Aan het begin van iets nieuws, vol verwachting of vreugdeloos, lamgeslagen. Wat is in dit alles ons houvast?
Het is in het verhaal van Ruth niet zo duidelijk waar God is. Er wordt wel óver hem gesproken maar Hij spreekt zelf niet. Er wordt veel over hem beweerd, maar duidelijk wordt zijn rol niet.
Je zou zeggen, het lijkt het echte leven wel.
Het echte leven waarin wij moeten uitmaken van heilig is, waar wij telkens weer moeten kiezen voor wat ons kan redden en wat niet. Waarin we hopen op een teken van God, maar dat niet altijd zo duidelijk krijgen.
Wij lezen het verhaal van Ruth vaak als een oproep om dezelfde keuze te durven maken als zij. Om, ook al de toekomst onzeker is, te durven kiezen voor God en ons leven aan hem toe te vertrouwen. En ik geloof ook zeker dat Ruth ons daarin voorgaat. Maar ik geloof dat zij ons nog iets meer laat zien.
God is niet zo afwezig als het lijkt in het bijbelboek Ruth.
Het is Ruth zelf die ons laat zien wie God is.
Als we naar Ruth kijken kunnen wij God zelf zien.
Ruth laat ons iets van God zien wat wij niet hadden gezien als zij niet met haar schoonmoeder mee was gegaan. Haar trouw, haar loyaliteit, waarmee zij laat zien dat er voor haar iets belangrijkers is dan materiele zekerheid of eigenbelang, zij laat ons zien wie God is. Zoals Ruth met Naomi mee gaat zo gaat God met ons mee. Hij zegt: Ik verlaat jou niet, vraag toch niet telkens of ik je verlaten heb of denk niet: het is wel logisch dat God me verlaten zou want…
Nee Hij zegt: mijn toekomst is jouw toekomst, mijn weg is jouw weg.
Nog voordat van ons een keuze wordt gevraagd, ligt daar de belofte van God voor ons: dat Hij trouw is, dat Hij ons nooit verlaat en dat Hij ons begeleidt op onze weg. Voordat wij een stap hebben gezet is God ons al vooruit gegaan.
Door die belofte, durf ik te leven.
Een biografie bevat een leven van begin tot einde. Wij zitten midden in ons levensverhaal. We kennen ons verleden, maar we weten onze toekomst niet.
Wij zijn op weg, we volgen Jezus, met vallen en opstaan, de ene dag vanuit volle overtuiging en dan vol twijfel. We kiezen onze weg, of we hebben geen keuze en we moeten leren omgaan met wat ons overkomt. In de hoop op een toekomst die ons verstand te boven gaat. Waarin het goed zal zijn. Waar God zal zijn. We zijn op weg in de hoop op overvloed. Zoals Ruth en Naomi op weg waren naar Bethlehem, broodhuis. Bethlehem, waar weer later een nieuwe biografie zou beginnen, de biografie van Jezus. Geboren uit een geslacht van mensen en uit het geslacht van God. Ruth en Naomi vormen met hun biografie van tranen en vreugde het voorgeslacht van Jezus, Immanuel, God met ons. Ruth liet al lang voordat Jezus op aarde kwam daar iets van zien.
Ook wij zijn onderweg op onze levensreis. Vaak gaat dat ongemerkt door en haasten we ons door het leven heen. Maar vandaag staan wij even stil op onze weg. Hier in dit huis van God horen we hem zeggen: mijn toekomst is jouw toekomst, mijn weg is jouw weg. Ga maar gerust, want ik zal met je meegaan.
Amen.