Het doel van ons gemeente-zijn is dat we als gemeente(leden) groeien in de verborgen omgang met God, groeien in de onderlinge gemeenschap, samen één zijn in veelkleurigheid, verbonden met, gastvrij naar en dienstbaar aan de samenleving en de wereld.

10 april 2016

Lezingen:
Lied 650 uit: Liedboek. Zingen en bidden in huis en kerk. 2013
Lucas 24: 35-48

Gemeente van onze Heer Jezus Christus,

‘Je ziet het pas als je het doorhebt.’ Ik denk aan de reikwijdte van het referendum van afgelopen woensdag, of meer nog, aan de beweegredenen van de initiatiefnemers. Ik heb er een ongemakkelijk gevoel bij. Het zou zo maar kunnen dat ik niet alles goed kan doorzien.

Of, je hebt wel vragen en bedenkingen bij bepaalde financiële transacties, maar je kunt je vinger er niet achter krijgen of het allemaal wel klopt. Pas als je blijft doorvragen en doorzoeken, er een nieuw licht op de zaak komt, snap je het echt, en zie je dat het niet kan. Er zijn veel meer Panama Papers dan die in de krant gepubliceerd zijn.

‘Je ziet het pas als je het doorhebt.’ Aan deze spreuk van de bekendste filosoof uit de Watergraafmeer, wijlen Johan Cruijff, moest ik denken bij het evangelie vandaag. Zo is het voor de Emmaüsgangers onderweg met hun medereisgenoot die de Schriften uitlegt. Bij het breken van het brood herkennen zij de Opgestane Heer. Het duurt even voor zij alles doorzien.

We hoorden zojuist het vervolg, ze zijn nu in Jeruzalem, terug bij de andere leerlingen. De Emmaüsgangers zijn nog aan het woord, vol passie over wat zij hebben meegemaakt.Dán verschijnt Jezus zelf in hun midden en groet hen met ‘vrede zij met jullie’ (Lucas 24: 36) De reactie van de leerlingen: angst en vrees. Ontzetting en twijfel.

Het roept de vraag op ‘wie is hij toch, die Jezus?’ En ook, zoals vaker in het evangelie van Lucas, de reactie ‘wees niet bang.’ Hier niet letterlijk gezegd, maar door het optreden van Jezus worden de leerlingen minder bang èn krijgen zij antwoord op de vraag ‘wie is hij toch?’

Onderweg de uitleg van de Schriften, Mozes en Profeten, en aansluitend de Maaltijd, zo gaat bij de Emmausgangers het proces van tot inzicht komen. Vandaag dezelfde aanpak, in een andere volgorde.

Jezus laat zichzelf kennen als realiteit: concreet, tastbaar en werkelijk. De leerlingen kunnen hem aanraken. Hij eet een visje. Hij is er gewoon, los van onze grenzen en begrenzingen. Met de vredegroet en de maaltijd, zo wil de Heer bij ons zijn.

De uitleg van de Schriften daarna gaat over het lijden van Jezus. Daarover had hij al eerder gesproken, maar het is een niet te aanvaarden gedachte gebleven voor de leerlingen. De weg van Jezus, van lijden naar opstanding, als de weg van de ommekeer, redding en bevrijding door Godzelf is niet vanzelfsprekend.

Willem Barnard zegt het in dichtvorm in lied 650
Lied 650 uit: Liedboek. Zingen en bidden in huis en kerk. 2013 Couplet 6

Van hoog naar diep vallen, Gods goedheid in de aarde gezaaid om zo vrucht te dragen.

Met zijn uitleg maakt Jezus hun verstand ontvankelijk voor het begrijpen van de Schriften, schrijft Lucas. (Lucas 24:45). Zonder inzicht, met de traagheid van hart – angst en vrees – kan er geen commitment, geen toewijding zijn. Er blijft dan een barrière om te vertrouwen op en te geloven in
alles wat Mozes en de Profeten gesproken hebben.

Zoals het ook moeilijk kan zijn te geloven in Gods goedheid en barmhartigheid, en het besef van de mens als beeld van God, als we de rottigheid en het verdriet in onze wereld zien. Ziekten die de kop opsteken en mensenlevens verwoesten. Mensen die op de vlucht zijn voor oorlog en geweld en met wie gesold wordt, letterlijk, èn qua aantallen en terminologie. Kerkelijke gemeenschappen waarin hoop en vrede niet klinkt. Woorden schieten te kort als een jonge vrouw sterft omdat een chauffeur zo nodig met een slok op moest gaan straatracen.

Lied 650 uit: Liedboek. Zingen en bidden in huis en kerk. 2013 Couplet 4

‘Zij’ in deze strofe is Gods goedheid. Deze God die deelt – in Jezus – in ons bestaan met alles wat daarbij hoort, positief en negatief. Dan ontstaat er een beeld van God dat meer omvat dan de schepping die God tof, goed, noemt.

Lied 650 uit: Liedboek. Zingen en bidden in huis en kerk. 2013 Couplet 2

Heel kort gezegd: deze opgestane Heer is de gekruisigde Jezus. We kunnen dit niet van elkaar scheiden. Er is sprake van continuïteit èn van een nieuwe situatie. Dat blijft lastig verstandelijk te snappen. Het onbegrip en ongemak ten aanzien van het lijden èn de opstanding hoort bij ons menselijk denken, ons menselijk bestaan. De schrik en het onbegrip van de leerlingen is ook van ons.
Het zien en inzien is een gelovig schouwen

Het blijft een mysterie, een geheimenis: opstanding uit de dood. Lucas geeft ons geen verklaring wat er precies gebeurd is. Wel de ervaring: de Opgestane leeft en heeft mensen in lijden en nood bijgestaan, opdat zij weer kunnen opstaan, uit alle neerslachtigheid en doodsheid, tot nieuw leven, tot nieuwe vreugde.

Jezus voegt er voor de leerlingen een opdracht aan toe. De schriftuitleg over de lijdende Christus – hoe tegendraads ook – en de opstanding op de derde dag krijgt een vervolg in de roeping aan de leerlingen om in zijn naam álle volken op te roepen tot omkeer, opdat hun zonden vergeven worden,
om hoop te geven die zijzelf nu ook ontvangen hebben, te beginnen in Jeruzalem.

In Jeruzalem is gemeenschap ontstaan: eerst in de gedeelde schrik, daarna in de gezamenlijke maaltijd en nu in de goddelijke opdracht.

De opdracht om woorden van hoop, vrede en gerechtigheid voort te dragen, naar alle landen.
Zo lijkt het vandaag al een beetje Pinksteren.
De opdracht om woorden van hoop, vrede en gerechtigheid voort te dragen heeft ook te maken met een innerlijke ommekeer, je steeds opnieuw wenden tot en gehoor geven aan Gods roeping van jezelf, van u, jullie, van mij.

Dat is een voortgaand proces om jezelf bij die roeping te bepalen, en wat dat voor jou in jouw context betekent, en waar dat gestalte krijgt. Dat weet u voor uzelf het beste.

‘Je ziet het pas als je het doorhebt.’ Nu zien de leerlingen wie Jezus de Levende is, in z’n totaliteit, en hoe dit doorwerkt in hun leven, tot aan de einden der aarde. Een proces van gaande de weg èn van breken en delen dat zij stapsgewijs hebben doorlopen. Een proces ook waarin je nooit uitgeleerd en uitgedacht bent.

Dat blijft mij motiveren, om samen ècht te zoeken en zien waar het op aan komt, om aan die roep gehoor te geven: hoop, vrede, recht en gerechtigheid voort te dragen, tot er een nieuwe hemel en een nieuwe aarde zullen zijn.

Amen