Het doel van ons gemeente-zijn is dat we als gemeente(leden) groeien in de verborgen omgang met God, groeien in de onderlinge gemeenschap, samen één zijn in veelkleurigheid, verbonden met, gastvrij naar en dienstbaar aan de samenleving en de wereld.

13 mei 2010, Hemelvaartsdag

Epistellezing: Efeze 1:17 t.e.m. 23

Evangelielezing: Lukas 24:36 t.e.m. 53

Middenin een tijd vol onzekerheid klinkt de boodschap van Hemelvaart tot ons, een boodschap van zekerheid en vertrouwen. Temidden van alle onzekere factoren die ons omgeven regeert God deze wereld, al is het vaak in het verborgene, niet goed zichtbaar. Terwijl regeerders ons laten zwemmen, laat God ons niet los. Hij blijft verbonden met Zijn kinderen. Hij houdt ons vast en steunt ons in moeilijkheden, door ons de Trooster, Zijn Geest van liefde en vrede, te schenken.

Terwijl wij, net als de discipelen, door angst overmand ontzet zijn, het allemaal niet meer weten en alleen maar spoken zien, schept Jezus helderheid, brengt Hij structuur aan in ons bestaan, door een indringende vraag aan ons te stellen: ‘Waar komt die angst en die twijfel bij jullie toch vandaan?’

Ik ben er toch voor jullie: geen spook, maar een lotgenoot die naast je staat, je door de moeilijkheden heen draagt. Ik kan je als enige vrede schenken temidden van alle onzekerheid en onvrede.

Vrede. Dat is precies wat wij nodig hebben om wat tot rust te kunnen komen, ons niet gek te laten maken door alles wat ons bezighoudt en alleen maar de stress in jaagt, in paniek brengt. Vrede ervaren, omdat de Heer met ons is, wij geborgen zijn bij God. Wat wil een mens nog meer?

Waar komt die onrust bij ons toch vandaan? Vanwaar toch die twijfel? Dachten we het op eigen houtje soms beter te kunnen redden? Kunnen we wel zonder God? ‘Waar komt die angst en die twijfel bij jullie toch vandaan, terwijl ik er voor jullie ben?’ Met zoveel onrust in je lijf maak je je het wel heel erg moeilijk. Indien Ik niet te vertrouwen ben, wie ben Ik dan voor jullie? Angst en twijfel helpen je niets verder, zijn heel slechte raadgevers. Waarom durven jullie je niet aan Mij toe te vertrouwen?

Jezus zet ons met beide voeten op de vloer en brengt ons weer in balans, door ons kritisch met onszelf te confronteren. Dan verandert twijfel in blijdschap, angst in verwondering. Wat zwalken wij toch heen en weer tussen uitersten. Waarom zijn wij zo instabiel? Komt dat niet vooral door gebrek aan vertrouwen, doordat wij ons niet durven toe te vertrouwen aan de Levende? Van Hem gaat geen dreiging uit, geen onzekerheid, wel vrede.

Leven vanuit een diep vertrouwen schenkt rust, vrede, evenwicht, een heilzame balans die, zodra wij God wantrouwen, heftig verstoord raakt. De vrede is bij Jezus voor het grijpen. Wij hoeven alleen maar onze onlustgevoelens, onze twijfel opzij te zetten. Durven we dat?

Niet door het minste of geringste in paniek raken, zoals vorige week op de Dam, maar net als Jezus stabiel blijven, zekerheid uitstralen. Rust brengen in de tent. Hoe moeilijk dat is beseffen politici weer in onze dagen. Jezus weet onze barrières van angst en onzekerheid WEL te doorbreken.

Het geheim van de smid zit ‘m in de zegen. Wij mogen leven onder Gods zegen. Wie dat weet kan gesterkt door Gods zegen het leven aan, ook als je leven niet gemakkelijk verloopt. Leven onder Gods zegen is de blijdschap kunnen vasthouden. Leven onder Gods zegen is in evenwicht blijven, omdat je voelt dat je daartoe van God de kracht ontvangt. Dan verdwijnen angst, zorgen en onzekerheid naar de achtergrond. Dan voel je je gesterkt. Dan weet je je veilig en geborgen. Dan kan je verder.

Ook wanneer Jezus zijn mensen in de steek lijkt te laten, blijven zekerheid en blijdschap de overhand houden. Ook dan zijn de discipelen niet klein te krijgen. Benijdenswaardig, die rust, die vreugde.

Komt het zover door eerst bij jezelf te onderzoeken waar die angst en die twijfel bij je vandaan komen? Misschien; want is dat wel te peilen? Is het niet opmerkelijk dat hier van enige vorm van zelfonderzoek geen sprake is? Want als je het zelf moet doen wordt een mens wel erg op zichzelf teruggeworpen, terwijl als je mag leven uit Gods genade, op de adem van Zijn stem je de nodige onzekerheid door God wordt bespaard. Omdat God ons de nodige ellende wil besparen, veranderen angst en twijfel hier plotsklaps in vrede en blijdschap, doordat de discipelen hun ziel en zaligheid aan Jezus durven toevertrouwen. Zonder vertrouwen, zonder de moed van het geloof ben je nergens. Dat vertrouwen, die moed veranderen het gevoelsleven van deze mensen grondig, zomaar, opeens. Omdat zij lef hebben, hart voor God hebben, God als middelpunt van hun leven, waar alles, als het er op aan komt, om draait.

Hemelvaart is zo’n cruciaal draaipunt. Houden we Jezus vast of laten we Hem los? Neemt onzekerheid bezit van ons leven of blijven wij God onvoorwaardelijk vertrouwen? Het is alles of niets, God of de angst. Welke kant gaan we op? Alleen wie omhoog blijven kijken, het van God durven blijven verwachten gaan niet de diepte, het zwarte gat in.

Zie, Ik houd U het leven en de dood voor (Deut. 30:15). Steeds weer draait het rond God om fundamentele keuzes maken, opdat wij deelhebben aan het goede leven, niet ten prooi zijn aan angst en zorgen, maar delen in de vreugde en vrede die God ons wil schenken. Steeds weer heeft God het beste met ons voor, gaat het Hem om ons welzijn. Steeds weer wil Hij dat Zijn goedheid gestalte krijgt in ons leven doordat wij in balans zijn. Dan kan je alleen maar vol verbazing stamelen: Waar vind je zoveel goedheid weer, als Jezus heeft voor mij?

Aan Gods hand, geleid door de goede Herder gaan de discipelen verder, vol vertrouwen. En wij gaan achter hen aan. Net als de discipelen verwachten wij alles van onze ten hemel gevaren Heer, die troont op de lofzangen van Zijn volk en ons tot zegen regeert tot in de eeuwen der eeuwen. Amen.