Het doel van ons gemeente-zijn is dat we als gemeente(leden) groeien in de verborgen omgang met God, groeien in de onderlinge gemeenschap, samen één zijn in veelkleurigheid, verbonden met, gastvrij naar en dienstbaar aan de samenleving en de wereld.

15 januari 2017

Gemeente van Jezus Christus,

Er komen te veel muren in de wereld waarin we leven.
Het is wel eens beter geweest.
Maar er wordt weer gebouwd.
Muren van angst,
muren van scheldwoorden,
letterlijke muren bij de grenzen van landen.

Muren bouwen is heel menselijk.
We doen het allemaal wel eens.
Probeer maar eens na te gaan bij jezelf.
Als iemand iets vervelend zegt, dan is het net alsof
er van binnen iets omhoog gaat.
De sluizen gaan dicht.
Ach, het maakt ook niet uit (een muurtje van onverschiligheid)
Zo, jij bent ook anders niet makkelijk (een muurtje van verwijt)
Wij zijn mensen,
wij hebben allemaal onze pijnpunten
en we zijn kwetsbaar.
We kunnen gekwetst worden.
En dat doet pijn.

Maar muren kunnen ook steeds hoger worden.
Hoger en hoger, totdat we de andere kant niet meer kunnen zien.
Totdat we niet meer kunnen zien wie er aan de andere kant staat.
De ander wordt de anonieme ander.
Eentje waarover je kunt schelden,
waarover je kunt beslissen,
iemand die je weg kunt zetten.

Er worden te veel muren gebouwd in de wereld waarin we leven.
Er zijn momenten in de afgelopen tijd geweest
dat ik dacht: hoe moet dat allemaal?
Hoe gaat de toekomst er uit zien?
Met al die muren, en mensen die elkaar niet meer kunnen zien.

Als je het nieuws bekijkt, vraag je je misschien af:
Waar moet je beginnen?
Je wilt wel iets betekenen voor de wereld,
maar soms voelt het misschien te veel, te groot voor ons.

De evangelietekst van vandaag uit matteus maakt het concreter.
Als je een offer brengt naar het altaar
en je herinnert je daar dat jouw broeder of zuster je nog iets verwijt
laat dan je gave achter en ga je eerst met de ander verzoenen.

De woorden brengen het terug naar hier.
Tussen de ander en jou.
En God.
Je kunt niet echt verder, als er een kink in de kabel zit.
Je ruimte, de lijn naar God, (in die woorden van ‘naar het altaar gaan’)
is mistig als er nog iets zit
tussen mensen.
En geloof me, dat voel je. En dat weet je.
Is het daarom ook niet, als mensen bijna aan het eind van hun leven zijn,
op de drempel naar het eeuwige, dat ze beginnen na te denken
over welke ruzies, of onuitgesproken dingen er nog liggen tussen hen
en anderen?
Storing op de lijn met de ander is storing op de lijn met God.

Ik zou het zelfs nog dichterbij kunnen brengen,
voor iedereen die muren wil doorbreken, voor iedereen die de wereld
wil verbeteren.

Een muur begint als een eerste steen wordt gelegd.
Een eerste steen wordt vaak gelegd als
iets drukt op kwetsbaarheid.
We voelen ons vaak geraakt, daar waar we kwetsbaar zijn.
Als we onzeker zijn,
dan komt de muur omhoog in een ruimte waarin we
denken dat we uit de toon vallen.
Of dat nou gaat om onzekerheid over:
ons gewicht, onze rimpels, onze ouderdom,
onze sproeten, onze haren.
Onze verlegenheid, wanneer we niets weten te zeggen in een gesprek,
wanneer we ons alleen voelen op een receptie,
onze neiging om te veel te eten, te veel te roken,
wanneer we uitvallen tegen onze kinderen, of partner.
Wanneer het ons niet lukt om ons gelukkig te voelen.

Begin hier. Dus nog dichterbij.
Met alles lief te hebben wat je het meest vervelend vindt van en in jezelf.
Misschien wel haat, bij vlagen. En het liefst niet naar zou willen kijken.
Als je in staat bent om juist daar compassie voor te hebben,
zal de wereld veranderen.

Als je het goed hebt met jezelf,
komt het niet als storing op de lijn met de ander.

Ja maar, dat is toch bijna bovenmenselijk?
Hoe moeten we dat dan doen?
Hoe kun je iets gaan liefhebben wat je haat?

In de korientiers tekst lazen we iets wat mij verder hielp.
En dat waren de woorden:
de maatstaven van deze wereld.
Er staat: wat ons drijft is de liefde van Christus.
Daarom beoordelen we vanaf nu niemand meer volgens de maatstaven
van deze wereld.

Ja, wij kijken vaak nog steeds met de maatstaven van deze wereld.
Als we kijken met de maatstaven van de wereld
dan zien we Jezus, een man van vlees en bloed, tweeduizend jaar geleden,
aan zijn eind komen op een kruis.
Maar als we anders kijken, nieuw kijken, dan zien we Christus,
gestorven maar ook weer opgestaan, en tot aan de dag van vandaag hier met ons.
Als we met de maatstaven van de wereld kijken
dan zien we onszelf, onze gebreken, dingen die we niet kunnen,
onze imperfecties en we keuren onszelf af, niet goed genoeg, nooit goed genoeg.
Maar als we anders kijken, nieuw kijken, zien we dat lieve lichaam dat
ons al die dagen draagt, zien we onze pogingen in een ander licht,
zien we perfectie in wie we zijn zoals we zijn, ieder uniek,
nog nooit was er iemand zoals jij, geliefd vanaf het begin tot het einde.
Als we met de maatstaven van de wereld kijken,
naar de wereld, zien we mensen graaien en verdeling zaaien,
horen we de scheldwoorden, en de haat, zien we niet genoeg banen voor iedereen,
niet genoeg plek.
Maar als we anders kijken, nieuw kijken, zien we de ander als onszelf,
zien we de angst in de ogen van de ander, zien we onze onzekerheid weerspiegelt,
zien we overvloed, en genoeg plek en eten voor iedereen.
Was er niet ooit een verhaal over vijf broden en twee vissen?

Met andere ogen en een nieuw hart mogen we kijken, zoals ook de oude profeet Ezechiel al zei:
dit zegt God: ik geef jullie een nieuw hart, en en nieuwe geest,
ik zal je versteende hart uit je lichaam halen,
en je er een leven hart voor in de plaats geven.

Ga dan in die Geest verder,
Amen