Het doel van ons gemeente-zijn is dat we als gemeente(leden) groeien in de verborgen omgang met God, groeien in de onderlinge gemeenschap, samen één zijn in veelkleurigheid, verbonden met, gastvrij naar en dienstbaar aan de samenleving en de wereld.

6 juni 2010

Lezing uit het Oude Testament: Genesis 37: 1-4 en 12-34
Lezing van het Evangelie: Matteus 27:28-31

Gemeente van onze Heer Jezus Christus,

Kleding die doorschuift, afdankertjes? Wie van de ouderen onder u heeft niet ervaring opgedaan met het doorschuiven van kleding of het moeten dragen van afdankertjes van oudere broers en zussen? Met de nodige creativiteit werd de kleding pasklaar gemaakt
– niet altijd met het gewenste resultaat, maar de omstandigheden dwongen tot deze oplossing. Onder moeders met jonge kinderen is er nog steeds een heel ruilcircuit van babykleding: kwalitatief nog goed op een vlekje hier en daar na, maar het past niet meer,
doorgeven en ontvangen is aan de orde van de dag.

Kleding heeft verschillende functies: bescherming tegen de kou: denk aan de ijsmuts, of bescherming bij het uitoefenen van een bepaald beroep: denk aan de outfit van een brandweerman. Het geeft ook duidelijkheid over een functie: de dokter, de dominee – je weet zo wie wie is. Winkelpersoneel in bedrijfskleding vind ik persoonlijk heerlijk: het staat een beetje dom als je een mede-klant om informatie gaat vragen.

Kleding voorziet je ook van zekere status. Ik las in een gratis treinkrantje deze week instructies voor de voetbalsupporters die naar het WK in Zuid-Afrika gaan. “Haal het niet in je hoofd om de pet van de politie quasi lollig te pakken en te vervangen door een of ander oranje hoofddeksel. Dat is niet leuk en ook niet grappig.” De pet hoort bij de status en het gezag van de politie, overigens niet alleen in Zuid-Afrika.

Uniformen, zoals bij de scouting, dan is iedereen weer gelijk. Kleding waarmee je een statement maakt, die –  zeker in jongerenculturen – aangeven of bevestigen wie je bent of wie je wilt zijn.

dia 4 – Johannes de Doper
Kleding in de bijbel, en de mantel in het bijzonder, de keuze is vele malen ruimer dan de selectie van de twee lezingen van vanmorgen. De kemelharen mantel van Johannes de Doper bijvoorbeeld is een uitdrukking van welke functie hij uitoefent: profeet van God zijn. Ik heb hem hier even uitgelicht. Met het aantrekken van deze mantel en zijn speciale dieet van sprinkhanen en honing geeft hij zijn profeetschap vorm. Hij neemt – volledig – de verantwoordelijkheid op zich, voor zijn taak: de oproep tot bekering, voor een hernieuwde orientatie op het koninkrijk van God, èn om te wijzen op wie na hem komt, wie wij verwachten.

Zijn verantwoordelijkheid gaat ver, de consequenties ook. Het leven van Johannes de Doper eindigt na een gruwelverzoek van de dochter van Herodes: geef mij het hoofd van deze Johannes.

Johannes had krachtige voorgangers: Elia en Elisa bijvoorbeeld. Ook daar is sprake van een verhaal van de mantel waarmee Elisa, bij het heengaan van zijn voorganger Elia, bekleed wordt. De functie èn het gezag waarmee Elia profeet was, is overgedragen op de volgende generatie. En om dichterbij huis te blijven, iets dergelijks hadden we ook vorige week hier in huis, toen wij Marije Hage als kersverse predikante bekleedden met de albe, de witte gebedsmantel, en de stola. Een duidelijker en meer zichtbaar teken van het ambt waar je in staat, en dat je niet meer los laat, kun je niet hebben. Voor mij persoonlijk is het ook een verbeelding van de voortgang van het goede gerucht van het evangelie, dit verhaal van God met mensen gaat door, alle pessimisme over de kerk ten spijt.

dia 5 kleurige mantel van Jozef
Als er één geschiedenis is waar kleren de man maken en breken, is dat de geschiedenis van Jozef. Zijn kleurrijke mantel spreekt tot de verbeelding, het lijkt een sprookje, en het verhaal inspireerde tot de musical ‘Jozef en veelkleurige dromenmantel.’ Het eindigt in een nachtmerrie, juist vanwege deze mantel.

Het verhaal begint met de beschrijving van het leven van alledag in Kanaan. Herders hoeden hun schapen. Het zijn de zonen van Lea en Rachel, Zilpa en Bilha. De schijnwerper staat op Jozef, oogappel van zijn vader. Het kind waarnaar Jakob en Rachel jarenlang hebben verlangd. Het kind van de ouderdom. Het kind dat alle liefde van de wereld van zijn vader krijgt: niet voor niets schenkt Jakob hem een pronkgewaad, een gewaad waar hij buiten in het veld als herdersjongen niets aan heeft – volstrekt niet praktisch. Deze veelkleurige jas is geen passende werkpak om de wacht mee te houden bij de kudde.

De mantel is een geschenk van liefde en wordt een steen des aanstoots. Meteen is er onvrede in het gezin. De broers van Jozef doorzien dat Jozef een voorkeursbehandeling krijgt, en dat valt verkeerd. Opvallend is dat de broers vader Jakob niets aanrekenen terwijl hij de aanstichter van dit alles is. Hij had beter kunnen weten. Jaloezie zorgt in elk gezin voor onenigheid. Jakob wordt in ons verhaal niet kwaad aangekeken. Alle haat gaat alleen richting degene die voorgetrokken wordt. Jozef heeft het gedaan.

dia 6 2e mantel (van Jozef)
De mantel roept veel op: voor Jozef is het veelkleurige bovenkleed een kleed van liefde,
een dierbaar geschenk. Geen wonder dat dit kleed – dat hem door zijn vader is geschonken –
wat met hem doet. Het is de loopjongen die zich gaat gedragen als een opzichter, over de jongste die – tegen de gangbare orde in – over de oudsten gaat heersen.

In de mantel van Jozef zien de broers vooral een koningsmantel. Volgens hen krijgt Jozef sterallures: hun broertje is in hun ogen veranderd in een hoogmoedig ventje met grootheidswaanzin. Dat roept de jas bij hen op en dat bevestigen ook zijn beide dromen:
schoven die voor de schoof van Jozef buigen, en de droom met de zon, maan en sterren. Door hun gezamenlijke actie bij een lege waterput waar Jozef het gehate kleed verliest, straffen ze hun broer zonder pardon. Ze wijzen Jozef hardhandig zijn plaats: geen troon maar een put.

Aan het slot speelt de veelkleurig jas opnieuw de hoofdrol: wanneer Jozef als slaaf is verkocht richting Egypte moet zijn lege plek nog worden verklaard aan Jakob. We horen van herdersbedrog: een bloedrode, gescheurde mantel krijgt vader Jakob te zien. Jakob wordt misleid: zo brengt een liefdeskleed opeens ook veel verdriet. Vader Jakob is ontroostbaar.
In zijn familie wordt het nooit meer als vroeger.

dia 7 koningsmantel
Met de kinderen bekeken we de mantel van koningin Beatrix. Nu kijken we nog eens goed naar de koningsmantel van koning Willem I. Rood met hermelijnbont aan de randen – zonder twijfel ziet een koning er zo uit. Al speurend op internet kwam ik vele konings- en kroningsmantels tegen. Ze zijn steevast rood van kleur – de koningskleur – gemaakt van vele meters stof, met zeldzaam bont en mooi versierd.

dia 8 Jezus in zijn koningsmantel
Met een paar eenvoudige voorwerpen wordt Jezus tot koning gekroond, zo beschrijft de evangelist Matteus. De gewone kleding gaat uit, een scharlakenrode mantel om, een doornenkroon op zijn hoofd en een rietstok als een koningstaf in de hand. Het is geen verkleedpartijtje, maar een vernederende handeling door een heel cohort soldaten, omringd met hoon en spot. ‘Gegroet koning van de joden’ Als dit allemaal achter de rug is, Jezus weer ontdaan van de attributen, leiden ze hem weg om te kruisigen.

dia 9 Jezus in gewaad aan kruis
Het is het tegendraadse, gruwelijke kruis waar we geconfronteerd worden met de hardheid en rauwheid van ons bestaan. Mensen wórden gekruisigd, gekleineerd en bespot, afgedaan als ding, weggegooid als afval.

Dat is onze werkelijkheid – triest maar al te waar. Het in deze, onze, werkelijkheid waarin God aanwezig is in Jezus. De werkelijkheid waarin  – ondanks alle verdriet en alle misère – de belofte van Gods koninkrijk blijft klinken – het gaat door! Bewijzen? Dat kan ik niet, maar wel her en der sporen zien, een gesprek, een gebaar, een telefoontje op een moment dat je ’t zo broodnodig hebt, of die wat hardhandige greep in mijn nekvel om het anders te doen of anders te bekijken,  om opnieuw te beginnen.

Dit kruisbeeld dat zich in de crypte van de kerk in Taizé bevindt, – het origineel hangt in een museum in Barcelona – ,dit kruisbeeld dwingt mij om opnieuw en steeds weer na te denken over het kruis. Hier is niet de bekende lijdende Christus afgebeeld met een enkele lendendoek, maar Christus Victor, Christus de overwinnaar, hij die de dood overwonnen heeft, met open ogen en een koninklijke mantel. Zo tegenstrijdig als het maar zijn kan, nauwelijks te bevatten. Ook voor mij verbeeldend wat Pasen is, dat we Pasen nodig blijven hebben om op de been te blijven, om steeds weer te kunnen opstaan.

Er is nóg één mantel, daarvan zingen we straks: de mantel van de liefde, zoals Paulus deze benoemd in de Kolossenzenbrief. Een gewaad met waarde en betekenis, een mantel waarmee God ons omgeeft èn dat iedereen draagt die zich geïnspireerd weet door het leven en werk van Jezus Christus. Niet om te bedekken wat bedekt moet blijven, omdat het het daglicht niet kan verdragen, maar de mantel van de liefde om te dragen met verantwoordelijkheid en lef.
Deze mantel der liefde verbindt ons met Jezus, de mantel van de liefde maakt ons tot broeders en zusters – hoe lastig en moeilijk dat soms ook valt. Deze mantel der liefde rust op onze schouders, alle dagen van ons leven.

Amen