Het doel van ons gemeente-zijn is dat we als gemeente(leden) groeien in de verborgen omgang met God, groeien in de onderlinge gemeenschap, samen één zijn in veelkleurigheid, verbonden met, gastvrij naar en dienstbaar aan de samenleving en de wereld.

1 december 2019

Gemeente van Jezus Christus,
Vandaag mag ik u voorstellen aan Micha.
Micha als afkorting van de naam Michaël. Wat betekent: Wie is als God?
Hij is een tijdgenoot van Jesaja. Levend zo rond 700 voor Christus
Hoewel hij werkt in Jeruzalem is hij een eenvoudige boeren jongen. Hij komt uit Moreset, een klein dorpje op het platteland van Juda.
Hij heeft niet zoveel op met de machthebbers daar in Jeruzalem. Die hebben hem en zijn familieleden nog niet veel goeds gebracht.
De politiek in zijn tijd is ingewikkeld. Assyrië is een groot rijk, ver weg. Maar de invloed is tot in Juda te voelen. Assyrië wil graag zijn macht uitbreiden.
De leiders kiezen verschillende wegen. De één sluit coalities om samen te vechten. De ander werkt mee in de hoop wat zelfstandigheid te behouden.
Te midden van dat tumult ontmoeten we Micha.
Een gewone man die het overkomt dat God tot hem spreekt. God geeft hem een visioen over de toekomst van Jeruzalem en Samaria.
Het zijn woorden en visioenen die het vuur in hem aanwakkeren.
Hij kijkt naar de wereld waarin hij leeft en ziet zaken die hem pijn doen.
Die ervoor zorgen dat hij zijn mond open móet trekken.
Zich daarbij niets aantrekkend van de reacties die dat oproept.
Want zijn woorden blijven niet onopgemerkt.
Gereageerd wordt er.
Micha is profeet, geroepen om te spreken namens God.
Hij is vervuld van kracht, geïnspireerd door de Geest van God
Hij heeft de moed om de dingen die niet gezien mogen worden aan het licht te brengen.
Micha ziet hoe de maatschappij veranderd en hoe dat de gewone mensen treft. Van een samenleving met weinig centraal gezag, ontstaan er lagen in de samenleving. Daarin blijkt de één meer waard te zijn dan de ander. Er ontstaan kansen voor mensen om de baas te spelen. Waar die kansen ontstaan worden ze gegrepen.
Micha laat ons zien met zijn ogen kijken. Hij ziet machthebbers die ’s nachts onrecht beramen en het ’s ochtends uitvoeren, gewoon omdat het kan.
Land wordt afgepakt, omdat iemand meer wil hebben
Huizen worden in beslag genomen
Hele huishoudens worden onder de macht van een heer gebracht die bepaald over hun lot.
Gewone mensen die te horen krijgen dat ze minder waard zijn, omdat ze niet zoveel geld hebben, omdat ze niet opgeklommen zijn op de sociale ladder of omdat ze om welke reden dan ook anders zijn.
Het is een dynamiek die maar al te herkenbaar is als we het aandurven om goed te kijken. Zelfs in ons eigen land werkt het zo dat je niet dezelfde kansen hebt als je toevallig in een omgeving opgroeit waar schulden zijn, verslavingsproblemen spelen, je een andere culturele achtergrond hebt, of noem maar op welke problemen er kunnen spelen. Door wat voor een woud aan regels en hulpverleners moeten mensen zich vaak heen werken voor ze de hulp kunnen krijgen die ze nodig hebben. Vluchtelingen die jarenlang moeten wachten om zekerheid te krijgen of ze hier mogen blijven.
Als we iets verder kijken zien we op vele plekken hele gewone mensen demonstreren om hele basale zaken als een regering die te vertrouwen is of om voldoende middelen om hun gezin te eten te kunnen geven.
Nog steeds is er zoveel onrecht, ongelijkheid en machtsmisbruik waar we ons namens God boos over mogen maken. Net als Micha als profeet dat deed.
Nadat Micha heeft laten zien wat hij ziet, zegt hij namens God: er komt een tijd van verschrikking. Hij waarschuwt een ieder die kwaad wil doen met de woorden: ‘er komt een onheil dat je niet van je af kan schudden.’
Weet je wat de reactie op deze woorden is?
Gejammer en zelfmedelijden.
‘Het is voorbij, we zijn reddeloos verloren’ zo wordt er gereageerd.
Micha blijft bij zijn boodschap dat er recht gedaan zal worden, maar dat dit een pijnlijk gebeuren zal zijn.
Opnieuw lezen we in de tekst welke reactie dit oproept bij de mensen die om Micha heen staan.
We zien ze bijna met hun handen voor hun oren staan.
‘Houd op met dat geprofeteer.
Komt er nooit een einde aan?
Heeft God zo weinig geduld met zijn volk?’
Die laatste vraag is heel redelijk. Vooral als je bij al de doembeelden van hoofdstuk één al bent afgehaakt. Waar gezegd wordt dat God afdaalt om alles recht te zetten wat mis is gegaan. Daarbij gaat het er niet zachtzinnig aan toe. Het beeld van God als rechter als oordelaar, is een beeld waar we mee kunnen worstelen. Waar blijft de genade van God? De God die ieder mens een nieuwe kans geeft?
Micha gaat op die bezwaren in door nogmaals te benadrukken wat hij ziet aan onrecht.
Nietsvermoedende, vreedzame voorbijgangers worden vijandig benaderd.
Vrouwen, weduwen wellicht, wordt alles ontnomen.
Kinderen hebben niet de kans om kind te zijn.
De vreemdeling, weduwe en wees, de mensen voor wie het leven niet makkelijk is, worden door Micha gezien. Hun verdriet en moeiten worden via de woorden die hij spreekt door God erkent.
De boodschap die Micha heeft is geen makkelijke.
Micha kan snoeiharde woorden spreken vol oordeel.
Hij houdt de mensen een spiegel voor die de schaduwkanten van de samenleving er uitlicht.
Hij voorziet hoe deze weg zal eindigen in een duistere periode.
Hij bedekt al het lijden en onrecht niet onder een deken van goedbedoelde hoop.
Hij zegt: ‘sta op, ga weg, hier zul je geen rust vinden’. Het zijn woorden die een onzekere toekomst schetsen. Weg gaan is lang niet altijd makkelijk.
Soms is dat de enige oplossing.
In plaats van veranderen uitbreken of doorbreken.
Je los maken van een situatie en weg gaan om opnieuw te beginnen.
Het woord doorbreken of losbreken verondersteld dat dit geen makkelijk proces is. Dat het moeite zal kosten.
Hier staat een pittige profeet die misschien wel wat zwaar op de hand is. Die de volle ernst van zijn woorden laat voelen.
Zijn woorden zijn echter niet zonder perspectief. Al is het een perspectief van de lange termijn. Een stip heel ver op de horizon. Naast de dreiging en het onheil schetst Micha het beeld van God die mensen verzamelt en losbreekt uit de situatie. Op weg naar dat beloofde land waar het leven voor ieder mens de moeite waard is.
De apostel Paulus heeft het in zijn brief aan de gemeente in Rome over eenzelfde dynamiek. Zijn woorden klinken vriendelijker. Misschien omdat hij het over het liefdesgebod heeft: heb uw naaste lief als uzelf. Een gebod dat ons vertrouwd is en waar we allemaal mee in zullen stemmen: ja dit is belangrijk.
In wezen is Paulus net zo gepassioneerd en radicaal als onze profeet Micha. Hij voelt een urgentie: ‘de nacht loopt ten einde, de dag nadert al’. Nu is het moment zo wil Paulus zeggen. Hij verbindt daaraan een oproep: ‘laten we ons ontdoen van de praktijken van de duisternis en ons omgorden met de wapens van het licht.’
Hij spreekt over wapens, omdat Paulus maar al te goed beseft dat het overwinnen van de schaduwkanten van het leven vraagt om grof geschut. Machtsmisbruik, jaloezie, discriminatie en al die zaken laten zich niet met zachte hand wegjagen, daarvoor zijn ze veel te krachtig.
Maar het zijn niet de wapens van de wereld waar we ons mee moeten wapenen.
Het zijn de wapens van het licht waarmee wij ons moeten omgorden.
Paulus vult niet in wat die zijn, maar we kunnen er zelf wel wat bedenken:
Onvoorwaardelijke liefde
Geweldloos verzet tegen onderdrukking
Barmhartigheid.
Het zijn de ‘wapens’ waarmee Jezus vocht toen hij op aarde leefde en werkte.
De theoloog Karel Deurloo heeft eens gezegd: profetische woorden zijn bedoeld om aan te komen. Aan te komen in dat beloofde land dat God met zijn volk wilde beginnen. Aan te komen in dat koninkrijk van God waar Jezus zo vol passie over sprak. Die vaak harde woorden van de profeten zijn bedoeld om iets wakker te schudden en mensen in beweging te zetten.
Dat is niet een eenvoudige weg, omdat dat koninkrijk zo vaak botst met de zaken die in deze wereld belangrijk zijn. Het koninkrijk vormt een bedreiging voor heel veel machten en krachten die ook onze levens beheersen.
Het perspectief zorgt er echter voor dat het de moeite waard is om de weg er naartoe vol te houden. Om ons te wapenen met de ‘wapens van het licht’. Om soms door die zachte ‘wapens’ al iets van dat koninkrijk naar voren te halen.
Die gedachte mogen we de komende weken in de adventsperiode met ons mee nemen.
De profetische woorden die klinken zijn bedoeld om aan te komen.
We zetten weer even op scherp dat we er nog lang niet zijn.
Dat het soms nodig is om door te breken, uit te breken en op weg te gaan.
We verlangen naar iemand die ons kan voorgaan op die weg.
Die ons laat zien dat deze strijd met de wapens van het licht de moeite waard is om vol te houden.
We zien uit naar de komst van Jezus
En bidden: Kom, licht van deze wereld, kom.
Amen