Het doel van ons gemeente-zijn is dat we als gemeente(leden) groeien in de verborgen omgang met God, groeien in de onderlinge gemeenschap, samen één zijn in veelkleurigheid, verbonden met, gastvrij naar en dienstbaar aan de samenleving en de wereld.

11 augustus 2024

PG Weesp en Driemond   – preek – 11.08.24 – Lucas 8: 26-39

A DEAL WITH GOD

In de inleiding op de dienst verwees ik al aan Running up that hill/A deal with God. Een lied dat in 2022 razend populair werd door een Netflix tv serie waarin dit lied op de achtergrond werd gespeeld.  Opeens kregen zowel de woorden van dit lied als de prachtige melodie betekenis voor de tegenwoordige jeugd die nog nooit van Kate Bush hebben gehoord. Kate Bush is een Engelse zangeres met een katholieke achtergrond die er bij elk lied theater van maakt met dans en mime.  Door die tv serie van 2022 kregen de woorden van dit lied krijgen opnieuw betekenis voor een hele nieuwe generatie.  Bush wil een deal maken met God om zo haar relatieproblemen op te lossen, terwijl zij de heuvel oprent. In 1985 was het niet geaccepteerd om te zeggen: ‘ik wil een deal maken met God’, maar in de huidige tijd, denk ik, dat mensen er wat minder moeite mee hebben om een deal met God te willen maken. Zoals een deal met God om armoede en honger te bestrijden. Een deal om oorlogen, zoals de die  in Oekraïne, in Gaza en in veel andere delen in de wereld te beëindigen. Een deal om discriminatie op basis van geslacht, huidskleur en geaardheid te bestrijden. Een deal om alle ellende weg te halen bij de slachtoffers van de toeslagenaffaire. Niet alleen kunnen woorden nieuwe betekenis krijgen van liedjes. De in de Bijbel geschreven woorden krijgen voor ons anno 2024 telkens weer een nieuwe betekenis. En, bovenal, woorden doen ertoe. Denk aan een paar weken geleden toen tijdens hoorzittingen de beoogde bewindslieden van het nieuwe kabinet aan hun woorden met een duistere betekenis werden herinnerd.

Woorden krijgen opnieuw betekenis en woorden doen ertoe. Dat geldt zeker voor dat fantastische boek dat de Bijbel heet. Het Griekse woord biblia betekent gewoon boeken, het meervoud van boek dus. De Bijbel is het Woord van eeuwigheid en God prijzen wij daar zingend over aan, zoals we zojuist zongen in psalm 68. Vandaag hebben wij het verhaal gelezen van Jezus uit het evangelie van Lucas over zijn ontmoeting met de man die bezeten is door demonen.

In onze huidige tijd hebben we helaas vaak te maken verwarde personen die, bijvoorbeeld op basis van schizofrenie, vreselijke daden begaan, zoals afgelopen week in Amsterdam weer het geval was. Het is verleidelijk om mensen met schizofrene ziektes of meerdere persoonlijkheidsstoornissen te gaan plaatsen in deze bezeten man. Maar ik doe het niet. Allereerst is het evangelie naar Lucas in een heel andere tijd geschreven dan de onze. Verder heeft deze tekst vanuit een theologische invalshoek een heel andere betekenis, dan het simpele “Jezus ontmoet een schizofrene man die Hij geneest”.

Er zijn twee zaken die eruit springen over deze ontmoeting van Jezus met de door demonen bezeten man. In de eerste plaats bevindt Jezus zich op een heidens gebied dat de Gerasenen heet en dat tegenover Galilea ligt. Vlak voordat JC per boot in de Gerasenen aan komt, heeft Jezus met zijn discipelen een allesbehalve soepele boottocht. Jezus wordt wakker gemaakt door zijn discipelen en legt de wind en de woeste golven het zwijgen op. Jezus zegt tot zijn leerlingen:

“Waar is jullie geloof?” De leerlingen waren geschrokken en zeiden vol verbazing tot elkaar: “Wie is hij toch, dat zelfs de wind en het water zijn bevelen gehoorzamen?”

Over het geloof, wat Jezus Christus richting zijn discipelen zei, daarop kom ik straks nog op terug.  Tweede wat in dit Bijbelverhaal eruit springt is de dialoog tussen de bezeten man en Jezus. En vooral ook over  hoe Jezus de man van zijn demonen bevrijdt. De dialoog is één van de meest bijzondere dialogen die Jezus heeft gehad. Jezus praat weliswaar tegen één man, maar wel één die zichzelf omschrijft als een legioen. Een legioen was bij de Romeinse bezetter een militie van maar liefst 6.000 man. Deze bezeten man liep zonder kleren rond en wist zich telkens weer van zijn boeien door zijn Geraseense dorpsgenoten te bevrijden. Deze bezeten man ging  – ondanks bezeten te zijn  –  rechtstreeks naar Jezus toe, maar zodra hij begon te praten, namen de demonen het van hem over. Deze man is een stakker. Hij wil best genezen worden, maar de demonen nemen het telkens weer van hem over. Hier komt nog bij dat hij naakt rondloopt en daarmee geen enkele waardigheid uitstraalt. Jezus zorgt ervoor dat de demonen de man verlaten. De demonen gaan als het ware in de varkens en deze stormen de steile helling af. De demonen verdwijnen in een neerwaartse beweging het water in en dat staat compleet tegenover het beeld van de worstelende mens die God aanroept en juist – ondanks alle tegenslagen – de heuvel op wil rennen. En na de uitdrijving van de demonen, begint de  grote ommekeer bij deze man: hij heeft kleding aan en zit rustig aan de voeten van Jezus als ware hij een leerling en hij blijkt volledig bij zijn verstand te zijn. Wat ook bijzonder is: de Gerasenen waren heidenen die varkens hoedden, precies wat bij de Joden absoluut niet mag.  De genezen man wilde bij Jezus blijven, maar voert vervolgens de opdracht van Jezus uit: hij gaat terug naar zijn stad om aan iedereen te vertellen wat God via Zijn zoon voor hem gedaan heeft. Als één van de eersten gaat deze man evangeliseren in een heidens gebied. Eigenlijk is dit een voorspel op wat allemaal na Pinksteren is gaan gebeuren en wat we kunnen lezen in het boek Handelingen. Ook dit boek is geschreven door de evangelist Lucas. Centraal thema van het boek Handelingen is de daad bij het woord voegen. En de daad bij het woord voegen, dat deed deze man. Na het ontvangen van het Pinkstervuur gingen ook de apostelen evangeliseren, ook in de wereld van de heidenen. God is er voor iedereen: Joods en niet-Joods.

Aan het begin van de preek ging ik in op de vraag van Jezus aan zijn leerlingen: “Waar is jullie geloof?”. Die vraag is er niet voor niets, want Jezus toont meer en meer zijn grote krachten tijdens de wonderen die hij verricht. Voor zijn bezoek aan de Gerasenen bedwingt Jezus de krachten van de natuur: de zee wordt onmiddellijk kalm door Jezus. Hierna neemt Jezus het op tegen vele demonen en ook die krachten bedwingt Jezus. Naast wonderen die in alle vier evangeliën worden genoemd, is er iets heel cruciaals wat Jezus weet te bedwingen, namelijk de dood. Jezus heeft zelfs voor ons de dood doorbroken.

Het zijn de woorden én de daden van Jezus die ons helpen om ons om te vormen  als  mens, net zoals bij de leerlingen van Jezus en bij de bezeten man. Eerlijk gezegd: hoe mooi dit lied van Kate Bush ook is: nee, we kunnen geen deal met God maken. Maar, omgekeerd heeft God wél een deal met ons gemaakt. God heeft ons de mens Jezus gestuurd. Jezus wilde en wilt nog steeds dat wij ons als mensen omvormen.  Juist we als we de weg opgaan, als we heuvel oprennen, als we willen dat alles moeiteloos moet gaan, en we toch tegenslag keer op keer ervaren, juist dan is het cruciaal om te weten dat het ons geloof is om te vertrouwen op God.  Jezus leert ons om te vormen als mens.  Om te vormen door te kijken naar onze medemensen. Om te vormen door ons te richten op God. Om te vormen door vertrouwen te hebben in God.  Dat als we de heuvel oprennen en het vrijwel niet gaat, dat we dan ons vertrouwen in God kunnen ervaren door de aanwezigheid van de Heilige Geest die in ons is en door het volgen van Jezus in woord én in daad. Jezus wijst ons vooral op het Koninkrijk Gods. Over wat zal komen, maar ook over hoe we anno 2024 alvast kunnen werken aan het Koninkrijk Gods.

Ja, we rennen de heuvel op: op weg naar het Koninkrijk Gods!

AMEN!

Tekst Running up that hill [A deal with God]

It doesn’t hurt me
Do you want to feel how it feels?
Do you want to know, know that it doesn’t hurt me?
Do you want to hear about the deal that I’m making?
You, it’s you and me

And if I only could
I’d make a deal with God
And I’d get him to swap our places
Be running up that road
Be running up that hill
Be running up that building
See, if I only could, oh

You don’t want to hurt me
But see how deep the bullet lies
Unaware I’m tearing you asunder
There is thunder in our hearts

Is there so much hate for the ones we love?
Tell me we both matter, don’t we?
You, it’s you and me
It’s you and me, won’t be unhappy

And if I only could
I’d make a deal with God
And I’d get him to swap our places
Be running up that road
Be running up that hill
Be running up that building
See, if I only could, oh

 

You, it’s you and me
It’s you and me, won’t be unhappy

Ooh, come on, baby, ooh, come on darling
Let me steal this moment from you now
Ooh, come on, angel, come on, come on, darling
Let’s exchange the experience, oh

And if I only could
I’d make a deal with God
And I’d get him to swap our places
Be running up that road
Be running up that hill
With no problems

See, if I only could
I’d make a deal with God
And I’d get him to swap our places
Be running up that road
Be running up that hill
With no problems

See, if I only could
I’d make a deal with God
And I’d get him to swap our places
Be running up that road
Be running up that hill
With no problems

See, if I only could
Be running up that hill
With no problems

 

Writer: Kate Bush