Het doel van ons gemeente-zijn is dat we als gemeente(leden) groeien in de verborgen omgang met God, groeien in de onderlinge gemeenschap, samen één zijn in veelkleurigheid, verbonden met, gastvrij naar en dienstbaar aan de samenleving en de wereld.

31 maart 2024, Pasen

Gemeente van de Levende,

 

Vandaag beleven wij de Paasochtend door de ogen van drie vrouwen. Marcus presenteert ze helemaal aan het einde van zijn verhaal over het leven van Jezus. Het zijn Maria uit Magdala (een dorpje in Galilea, het noorden van Israël), Maria de moeder van Jakobus (een leerling van Jezus) en Salomé.

We horen het eerst over ze vlak na de dood van Jezus aan het kruis. Marcus beschrijft hoe ze vanaf een afstandje kijken naar het gebeuren op Golgota. Hij vertelt hoe deze vrouwen, samen met andere vrouwen, voor Jezus zorgden toen hij rondtrok in Galilea en daar aan het werk was. Ze zijn hem gevolgd naar Jeruzalem en blijven tot het bittere einde bij hem.

 

Zo is aan het einde van het evangelie de hoofdrol weggelegd voor drie vrouwen. Geheel tegen de gewoonten en cultuur van die tijd in, daar telden vrouwen niet mee. We zien zie hier, zoals Hé Qi ze heeft weergegeven. Hé Qi is een Chinese kunstenaar, gepromoveerd op religieuze kunst en momenteel woonachtig in Californië. Zijn werk is heel herkenbaar door het kleurgebruik en de geometrische vlakken.

Je ziet de Aziatische invloeden in zijn kunstwerk, maar tegelijk is het verhaal herkenbaar. De kleuren zijn opvallend door het vele blauw. In de Chinese kleurensymboliek staat blauw voor vertrouwen, genezing en rust. Maar het staat ook voor lente, iets waar ook de vlinder en de bloem bij het graf op duiden. De lente is vol nieuw leven.

Een van de vrouwen draagt een kruikje waar de olie in zal zitten waar ze het lichaam van Jezus mee willen balsemen. Wat mij vooral opviel was de beweging die je ziet in de drie figuren. Aan hun voeten kan je zien dat ze zijn komen aansnellen. Het is bijna alsof hij het moment heeft willen vangen voor ze helemaal stil staan. In de lichaamshouding is verbazing en verwondering weergegeven.

 

De drie vrouwen zien, ze kijken naar hetzelfde punt. Een beetje anders misschien dan onze voorstellingen ervan, maar ze zien een leeg graf. Weet je, hun hele onderneming was misschien wel wat dwaas. Waarom zou je een lichaam dat al meer dan 24 uur in een graf ligt nog willen balsemen? En hadden ze niet eerder kunnen bedenken dat ze met zijn drieën nooit die zware steen voor het graf weg zouden kunnen krijgen? Maar tegelijk is te merken hoe sterk hun verlangen is om ook na zijn dood er nog voor Jezus te zijn. Van zijn leerlingen hoor je niets meer, die zijn gevlucht, maar de vrouwen hebben de moed om bij hem te blijven.

 

En ze zien. Het Griekse woord dat daarvoor gebruikt wordt, duidt niet alleen op het zintuigelijk zien. Ze zien met de ogen van hun hart. Ze overwegen wat ze zien, durven het te laten binnenkomen. Zo zien ze hoe Jezus sterft aan het kruis en horen ze de centurio zeggen: werkelijk, deze mens was Gods zoon. Zo zien ze dat Jezus in het graf wordt gelegd door Josef van Arimatea. Zo zien ze uiteindelijk op de nieuwe morgen, als ze opkijken van hun gepieker over de grote steen, dat die steen al is weggerold!

 

Over het moment van de opstanding wordt helemaal niet gesproken. Dat mysterie is te groot om in mensenwoorden te vangen. Er wordt verteld over een nieuwe morgen, de zon die weer gaat schijnen na de duisternis. Er wordt beschreven hoe de grote steen, die Jezus van het leven afsloot, weg gerold is. De weg naar het leven is weer open! Er staat hoe deze drie vrouwen de moed hebben om het graf binnen te gaan.

 

Daar wachten hen hemelse woorden. Bij Jezus doop aan het begin van het evangelie klonk een stem uit de hemel die zei: Jij bent mijn geliefde Zoon, in jou vind ik vreugde. Nu zien de vrouwen als ze het graf binnen gaan een in het wit geklede jongeman. Een hemelse figuur, die aan de rechterkant staat, de kant van het geluk.

Hij is de boodschapper van het opstandingsnieuws, maar eigenlijk veel meer dan dat. Hij vertelt dat Jezus, die uit Nazaret kwam en gekruisigd is, is opgewekt uit de dood. Het staat er in een passieve vorm, om duidelijk te maken dat het initiatief niet bij Jezus zelf lag. Het is aan hem gebeurd. Dat is het wonder van Pasen. Dat God zelf ingegrepen heeft en zijn Zoon heeft doen opstaan. Al wordt God niet genoemd, je voelt dat Hij hier aan het werk is geweest.

 

De vrouwen zien dit met de ogen van hun hart, horen dit en krijgen vervolgens de boodschap: Hij is niet hier. Geen bijzondere verschijning, maar alleen een leeg graf, en een belofte: Hij is niet hier, hij gaat jullie voor naar Galilea. Zij krijgen de opdracht om Jezus’ leerlingen te vertellen wat ze gezien en gehoord hebben. Zij moeten de blijde boodschap verder doorgeven, met de opdracht om Jezus in Galilea op te zoeken.

Is het een wonder dat de vrouwen vervolgens van het graf wegvluchten? Dit is toch ook te veel om te bevatten? En wie zou ze geloven als ze zouden delen wat ze gezien hadden en waren gaan geloven? Het getuigenis van vrouwen werd immers niet als een rechtsgeldig getuigenis gezien? Het laatste wat we horen is dat de vrouwen bevangen zijn door angst en schrik, zo erg dat ze niemand iets vertellen. Zou u, zou jij of ik iets anders gedaan hebben?

 

En daar eindigt Marcus zijn verhaal over het leven van Jezus, midden in de verwarring en verbijstering. Niets is er te horen over de blijdschap over Jezus die is opgestaan. Er zijn geen verschijningen waarvan verteld wordt. Het is een verbijsterend, open einde. Zo ongemakkelijk dat er al heel snel alternatieven werden geschreven.

 

Maar er gaan onder bijbelwetenschappers steeds meer stemmen op dat dit open einde wel eens het originele einde zou kunnen zijn. Want het hele verhaal van Marcus over Jezus zit vol ongemakkelijkheden. Jezus is in de verhalen van Marcus niet altijd lief en aardig. Dat het einde schuurt en tot nadenken stemt past daarbij.

Anselm Grün schrijft in zijn commentaar op het evangelie hierover: ‘Het open einde van het Evangelie voorkomt dat de lezer het boek gerustgesteld kan dichtklappen om weer over te gaan tot de orde van de dag’.

Het open einde en de verbijstering en verwarring van de vrouwen kan een grote erkenning zijn voor de moeite die wij, als gelovige of ongelovige, als mens van deze tijd, kunnen hebben met Jezus en zijn opstanding. Het open graf is een mysterie, een wonder, waar wij een leven lang mee bezig kunnen zijn.

 

Marcus eindigt zijn verhaal in feite met de uitnodiging om Jezus’ verhaal weer van voren af aan te lezen. Terug te gaan naar Galilea en te zien hoe Jezus daar aan het werk was. Hoe Jezus liet zien wat het koninkrijk van God inhoudt voor de levens van mensen. Daar wist hij mensen te bereiken met Gods liefde.

De opstanding van Jezus is niet het einde, maar het begin van een nieuwe tijd. Een andere tijd waarin de Opgestane Jezus de levens van gewone mensen veranderd. Steeds opnieuw mogen ook wij teruggaan naar Galilea. Dat is misschien wel dichterbij dan we denken. In ons eigen leven, daar waar we wonen, werken en in de mensen die we ontmoeten kunnen we misschien wel de Opgestane herkennen die ons iets laat zien van Gods liefde, hoop en trouw. Dat is een opdracht waar we een leven lang mee bezig kunnen blijven.

 

Zo is Pasen een open uitnodiging om steeds opnieuw Jezus te zien en te zoeken met de ogen van ons hart. Net zoals die drie vrouwen die het aandurfden om Jezus te blijven volgen tot voorbij zijn dood. Dan is de Opgestane misschien wel dichterbij dan we gedacht hadden.

 

Amen