Het doel van ons gemeente-zijn is dat we als gemeente(leden) groeien in de verborgen omgang met God, groeien in de onderlinge gemeenschap, samen één zijn in veelkleurigheid, verbonden met, gastvrij naar en dienstbaar aan de samenleving en de wereld.

29 september 2024

Gemeente van Jezus Christus,

 

In mijn boekenkast staat dit boekje op de plank ‘nog te lezen’: rake vragen van Siets Bakker. Ik ben er een klein stukje in begonnen, maar de gedachte die uitgewerkt wordt, is dat een goede, rake vraag heel krachtig is. Het kan situaties en mensen in beweging brengen. Rake vragen laten je nadenken en kan ruimte maken voor verandering. Niet voor niets is de uitdrukking: door vragen wordt men wijs.

Toch moet ik soms best wel wat overwinnen om een vraag te stellen, misschien is dat wel herkenbaar. Het vraagt een moed/ vrijmoedigheid om je gedachte hardop uit te spreken en het maakt je ook wel wat kwetsbaar.

 

In de voorbereidingen viel het mij opeens op hoe in het verhaal van Filippus en de man uit Ethiopië de sleutelmomenten in het verhaal gevormd worden door vragen. Tot 3 keer toe wordt er een rake vraag gesteld. Waarna er iets gebeurt of gedaan wordt.

 

‘Begrijpt u ook wat u leest?’ is de eerste vraag, die de ontmoeting op gang brengt. Nadat eerst met een uitgebreide introductie de scène wordt geschetst en Filippus en de Ethiopiër worden voorgesteld, heb je het idee: nu gaat het gebeuren.

Filippus stelt de vraag kennelijk op zo’n manier dat de man de vrijheid voelt om eerlijk te antwoorden. Er klinkt zelfs wat van teleurstelling of eenzaamheid door in zijn antwoord. Hij wil wel begrijpen, maar er is niemand die hem het uitlegt.

We ontmoeten hier een zoeker. Iemand die vanuit zijn thuisland Ethiopië een tocht van honderden kilometers heeft gemaakt om de tempel in Jeruzalem te bezoeken. Hij wilde daar bidden tot God. Zeker in die dagen was dat niet een reis die je zomaar ondernam, hoe rijk je ook was. Dus hij is serieus op zoek naar God en heeft een verlangen hem beter te leren kennen. Het verhaal vertelt niet eens of de man in de tempel gevonden heeft wat hij zocht. Wel heeft hij het boek van de profeet Jesaja gekocht en is daar nu in aan het lezen. Maar lezen en daadwerkelijk begrijpen zijn twee verschillende dingen. Hij heeft een vermoeden van God, maar de woorden van Jesaja hebben niet de juiste bedding om te landen.

 

In Filippus vindt hij iemand die zijn verlangen erkent en met wie hij een stuk van zijn reis op kan trekken. Hoe symbolisch eigenlijk. Dat je een deel van je reis, je levensreis met mensen op mag trekken die samen met je zoeken en hopelijk vinden. Die delen van wat zij van God en Jezus begrepen hebben. Ik hoop altijd zo dat we dat in de kerk voor elkaar kunnen betekenen. Met elkaar optrekken en wijsheid delen. Dat is de grote toegevoegde waarde van samen geloven, als volgelingen van Jezus. Dat je het niet alleen hoeft te doen.

 

Met zijn tweede vraag durft de man uit Ethiopië toe te geven dat hij iets niet begrijpt. ‘Over wie heeft de profeet het?’ zo vraagt hij als we het citaat uit Jesaja 53 gehoord hebben. Het vormt voor Filippus de ingang om te vertellen over Jezus. Over wat Jezus verteld heeft over het leven met God en het koninkrijk waarin alles als nieuw zal zijn. Filippus zal gedeeld hebben hoe voor hem een nieuwe fase in zijn leven begonnen is door hem te volgen.

Wat zou het fijn geweest zijn als we Filippus zijn uitleg hadden gehad, maar misschien gaat het daar niet om. Gaat het er om dat steeds opnieuw het goede nieuws verteld wordt in woorden die passen bij de mensen van nu. Waarschijnlijk hadden wij net zoveel moeite gehad om de woorden van Filippus te begrijpen als de Ethiopiër heeft om de woorden van Jesaja te begrijpen. Het goede nieuws van Gods liefde, vergeving en trouw is niet iets statisch, maar juist heel levends dat steeds als nieuw mag klinken.

 

We hebben niet Filippus uitleg, maar we weten wel dat het woorden waren die raakte. Want de derde en laatste vraag vind ik de meest ontwapenende van allemaal. Nadat hij over Jezus gehoord heeft vraagt hij: ‘Kijk water, wat verhinderd mij ondergedompeld te worden?’

Hoeveel tijd zouden Filippus en de Ethiopiër samen zijn geweest, een paar uur? Hoeveel kan je in die tijd vertellen? De man heeft geen uitgebreide Bijbelles gehad, heeft geen teksten of regels uit zijn hoofd hoeven leren. Hij vraagt simpelweg of er zwaarwegende bezwaren zijn om hem te dopen.

Toen wij deze tekst met elkaar lazen zei Isabel hoe mooi ze het vond dat de Ethiopiër er gelijk gewoon voor gaat. Dat herkende je in hem, dat hij zonder aarzelen of bedenkingen uitkomt voor zijn prille geloof. Hij is geraakt door de boodschap die hij van Filippus gehoord heeft. Hij zal misschien nog echt niet alles begrijpen, maar zijn verlangen is zo oprecht en puur en komt zo uit het diepst van zijn ziel dat hij weet: bij deze beweging van Jezus mag en wil ik horen. Mijn levensweg wil ik samen met Jezus vervolgen.

 

Met zo’n zelfde vraag zijn we hier vandaag hier beland omdat zowel Dory als Isabel hun verlangens kenbaar hebben durven maken en durfden te vragen. Jullie wegen waren anders, maar jullie delen het feit dat jullie geraakt zijn door de boodschap van Gods liefde en trouw. Het vormde voor jullie allebei een nieuwe fase in jullie leven, die jullie graag wilden markeren. Los van elkaar hebben jullie aan Marjolijn en mij een vraag neergelegd: mag ik gedoopt worden, kan ik belijdenis doen? Daar hebben we mooie gesprekken over gehad en vandaag vieren we met jullie het feest van jullie jawoord aan God.

 

Filippus antwoord op de vraag van de Ethiopiër bestaat niet uit woorden, maar hij doet iets. De wagen waar ze inzitten stopt en samen dalen ze af het water in. Volgens mij staat dat er niet zomaar. Van zowel de dopeling als degene die doopt wordt een bepaalde nederigheid gevraagd. Samen staan ze in het water, in het besef dat ze ruimte moeten maken voor God zelf om te spreken. Het is uiteindelijk God zelf die met de doop zegt: ‘Ik ken jou en hou van jou. Je hoort bij mij en bij mij mag je altijd opnieuw beginnen. Jezus mag je volgen, want hij gaat voorop en de Heilige Geest zal je allerlei talenten geven waar anderen van mogen profiteren.’

 

Na het ondergaan in het water, is er het omhoog komen, ook in dit verhaal. De man uit Ethiopië gaat onder in het water, laat het oude achter zich, en mag als nieuw weer opstaan. En natuurlijk is niet opeens zijn hele leven veranderd. In Ethiopië wacht zijn werk gewoon weer op hem. De reis gaat verder. Toch zullen de dingen wel als nieuw voor hem zijn, omdat hij God op hele nieuwe wijze heeft leren kennen en meeneemt naar huis toe. Dat allemaal omdat hij durfde te vragen.

 

‘Als nieuw’ is het thema waarmee wij deze dienst en dit jaar op weg gaan. Ik wens Dory en Isabel toe dat zij na deze dienst hun levensweg als nieuw mogen vervolgen. Niet helemaal nieuw, want eigenlijk gaat voor hen ook de reis gewoon verder. Er zullen nieuwe ontmoetingen komen en ook jullie relatie met Jezus zal zich verder ontwikkelen. Dat hoort erbij. Maar toch mag deze bijzondere dag een moment markeren, waarop het allemaal een beetje anders is en voelt.

 

Ik hoop dat er voor ons allemaal, of je nu naar de kerk gaat of niet, momenten zijn waarop je het leven ‘als nieuw’ gaat ervaren. Dat je mag ervaren dat je het niet alleen hoeft te doen, maar dat er reisgenoten zijn om samen mee te ontdekken en leren. En God belooft ons allemaal: ik wil jouw reisgenoot zijn. Zijn vraag aan ons is: Wat is erop tegen dat we samen verder gaan?

 

Een rake vraag om over na te denken.

 

Amen