Het doel van ons gemeente-zijn is dat we als gemeente(leden) groeien in de verborgen omgang met God, groeien in de onderlinge gemeenschap, samen één zijn in veelkleurigheid, verbonden met, gastvrij naar en dienstbaar aan de samenleving en de wereld.

12 mei 2019

Gemeente van onze Heer, Jezus Christus,

Weet u dat deze vierde zondag in Paastijd binnen de Rooms Katholieke Kerk bekend staat als roepingen zondag? Ik wist het niet, maar ik ontdekte het toen ik al poosje bezig was met de twee Bijbelteksten van deze zondag. Het was alsof wat puzzelstukjes in elkaar vielen, want in de twee teksten ontmoeten we drie mensen, Mozes, Jozua en Jezus. Alle drie leefden zij met een roeping, een opdracht van God.

Het bracht me tegelijk terug bij mijn eigen begin als predikant. Vandaar dat ik een scan heb meegenomen van een bladzijde uit mijn fotoboek. Het zijn foto’s van de dienst waarin ik als predikant bevestigd werd, ruim 10 jaar geleden. Lang geleden, maar ik herinner het mij nog goed. Vooral het moment dat ik door verschillende collega’s gezegend werd heb ik als zeer bijzonder ervaren.
Zoals Jozua in Nummeri 27 de handen opgelegd krijgt door Mozes en zo de opdracht krijgt doorgegeven om dit volk te leiden, zo voelde dat voor mij ook bij mijn bevestiging. Ik hoef het niet alleen te doen, maar deel mijn opdracht met mijn collega’s en met de mensen in de kerk. We doen dit samen gedragen door de zegen van de Eeuwige. Dat is wat het voor mij betekende om de handen opgelegd te krijgen.

Als predikant wordt mij wel eens gevraagd of ik mij geroepen voel tot dit werk, dit ambt. Nu vind ik dat altijd een heel groot en ook wel beladen woord. Toch durf ik wel toe te geven dat het geen toeval is dat ik predikant ben geworden. Niet iedereen weet bijvoorbeeld dat ik mijn studietijd begonnen ben bij een hele andere opleiding dan theologie. Ik ben begonnen bij de opleiding ergotherapie in de overtuiging dat dit heel goed bij mij paste. Dat was ook wel zo, maar er miste toch iets. Na een grondige heroriëntatie ben ik naar de theologie overgestapt en daar heb ik geen moment spijt van gehad. Zo zijn er meer van die momenten waarop ik anders had kunnen doen, anders had kunnen kiezen, maar steeds opnieuw de bevestiging kwam dat dit de weg was die ik moest gaan. Daarin heb ik altijd iets van Gods roepende Stem ervaren.

We maken even een sprongetje.

In de catacomben van Rome zijn meerdere van dit soort fresco’s gevonden. Deze twee, die u op de beamer ziet, stammen uit de 3e eeuw na Christus. Ze zijn eeuwen oud en gemaakt door de vervolgde christenen in Rome.
Er is een man te zien die een schaap op zijn schouders draagt. Links en rechts van hem staan nog twee andere schapen. In al zijn eenvoud een beeld dat zorgzaamheid uitstraalt. Kennelijk een beeld dat heel belangrijk voor deze christenen was, want het is een veel voorkomend beeld in de oude fresco’s.

Deze eenvoudige fresco’s laten ons zien wat de opvallende overeenkomst is tussen de twee teksten van vandaag. Het beeld van die zorgzame herder komt in allebei voor. Mozes en Jezus gebruiken beiden het beeld als ze iets zeggen over de taak waartoe zij zich geroepen voelen.

Jezus zegt: ‘mijn schapen luisteren naar mijn stem, ik ken ze en zij volgen mij.’ Een paar verzen daarvoor heeft Jezus zichzelf de goede herder genoemd. Nu hij opnieuw op hele vijandige wijze bevraagd wordt op wie hij is, laat Jezus zich nog steeds niet tot uitspraken dwingen. In plaats van te beamen de hij de Messias is, zegt Jezus: kijk maar naar mijn daden, die spreken voor zichzelf. Daarna komt hij terug op het beeld van die herder. Voor hem is een goede herder:
• iemand die het vertrouwen van zijn schapen heeft verdiend, waardoor ze hem volgen
• zijn schapen kent
• zijn schapen beschermt voor gevaar
Mooi in beeld gebracht op die fresco’s door de herder die het schaap draagt die dat nodig heeft en zijn aandacht ook uit laat gaan naar de schapen die om hem heen staan.

Hele waardevolle kenmerken van goed leiderschap, die vandaag de dag nog heel belangrijk zijn. Vertrouwen, betrokkenheid, aandacht en bereidheid om voorop te gaan waar nodig: een goede manager, ouder, grootouder, vriend of vrijwilliger kan niet zonder deze dingen.
Er is echter nog één aspect wat hierin onbelicht blijft, maar wel een essentieel onderdeel vormt van het herderschap zoals Jezus voor ogen staat. Dat is het feit dat Jezus zichzelf duidelijk niet de belangrijkste persoon vindt. Het gaat hem niet om zichzelf, maar om zijn Vader door wie hij zich gezonden weet. Jezus wil dat de mensen in wat hij doet de liefde en de zorg van God leren zien en herkennen.

Het verhaal van Mozes kan dat misschien nog wat duidelijker maken. We ontmoeten hem als hij oud is en aan het einde van een bewogen leven. Hij krijgt de opdracht de berg op te gaan om het beloofde land te bekijken. Meer dan ernaar kijken zal hij niet, want daarna zal hij sterven. Moet je je voorstellen: je bent jarenlang onderweg en met de eindstreep in zicht stopt de reis. Ik weet niet of ik daar vrede mee zou kunnen hebben.
Wat doet Mozes als hij het hoort? We horen hem niet klagen of God vragen waarom. Nee, hij maakt zich zorgen om de toekomst van het volk. Er moet een nieuwe leider komen die het volk moet leiden en thuisbrengen. Anders zo zegt hij: ‘is het volk als een kudde schapen zonder herder’.

Dat kenmerkt Mozes als leider. Niet zijn eigen eer staat voorop, maar Gods plan én de toekomst van de gemeenschap waar hij verantwoordelijk voor is. Midden in die dynamiek beweegt hij zich en geeft hij zijn leiderschap vorm. Het één kan daarbij niet zonder het ander.
Door zijn intieme band met God, waagt hij het dingen aan Hem te vragen die ongehoord waren. Verschillende keren gaat Mozes in discussie met God. Niet om zijn eigen eer te redden, maar om de toekomst van het volk veilig te stellen. Naar het volk toe is Mozes keer op keer vertolker van Gods liefde en zorg. Niet ik doe dit, maar de God die mij geroepen heeft en die zichzelf bekend heeft gemaakt als ‘Ik ben’.

Ik denk dat dit heel veel zegt over goed leiderschap. Iets waar vele leiders vandaag de dag nog een voorbeeld aan zouden kunnen nemen. Waar gaat het om als je verantwoordelijk bent voor anderen? Is dat je eigen eer en je eigen aanzien?
Het zou interessant zijn om eens te onderzoeken of daar waar het goed gaat en bijvoorbeeld afdelingen binnen een bedrijf goed lopen, dit soort leiderschap te vinden is. Het zou goed kunnen zijn dat daar betrokkenheid, aandacht en vertrouwen een belangrijke rol in spelen. Ik denk dat het andere lijntje net zo belangrijk is. Het bewustzijn van het grotere plaatje, van de idealen en waarden waar je voor staat, net zo belangrijk is.

In het begin had ik het over het feit dat deze zondag, roepingen zondag is. Jezus, Mozes en ook Jozua waren grote en belangrijke leiders in hun tijd. Als predikant ben je ook geroepen tot leiderschap op de een of andere manier.
Maar gelukkig zijn er roepingen er in alle soorten en maten. Niet iedereen hoeft een grote of belangrijke leider te zijn. Als je er net even anders tegen aankijkt gaat roeping misschien wel meer over de verantwoordelijkheid die je voor anderen hebt. Voor wie of wat ben jij geroepen om te zorgen? Hoe geef je dat vorm? Wat is daarbij belangrijk?
Dat is een vraag die we ons allemaal kunnen stellen, zo oud of jong als we zijn. Want verantwoordelijkheid voor anderen hebben we allemaal. Ieder op onze eigen manier en ieder met onze eigen talenten. Je kan verantwoordelijke zijn voor een afdeling op je werk, voor je kinderen of je verantwoordelijk voelen voor de zorg voor de natuur.

Paus Franciscus schrijft elk jaar een brief speciaal voor deze zondag. Uit de brief van dit jaar wil ik een stukje citeren: ‘De roeping van God is het liefdevolle initiatief waarmee God ons tegemoet komt en ons uitnodigt mee te doen aan een groots plan, waarvan Hij ons deelgenoot wil maken. (….) Het christelijk leven wordt zichtbaar in de keuzes die, terwijl ze richting aan onze vaart geven, ook bijdragen aan de groei van Gods Rijk in de maatschappij. Ik denk aan (…) roepingen die verband houden met arbeid en beroepen, aan de inzet op het terrein van de naastenliefde en de solidariteit, aan de maatschappelijke en politieke verantwoordelijkheden enzovoort. Het betreft roepingen die ons dragers maken van een belofte van goedheid, liefde en gerechtigheid, niet alleen voor ons zelf, maar ook voor de maatschappelijke en culturele context waarin wij leven en waar behoefte is aan moedige christenen en authentieke getuigen van Gods Rijk.’

Zo zijn we allen geroepen om op onze eigen plek van herder te zijn. Te zorgen voor hen voor wie wij op de een of andere manier een vorm van verantwoordelijkheid dragen. De kracht en motivatie daarvoor hoeven wij niet uit onszelf te putten, want Hij die ons geroepen heeft, is onze bron en ons houvast.

Amen