Het doel van ons gemeente-zijn is dat we als gemeente(leden) groeien in de verborgen omgang met God, groeien in de onderlinge gemeenschap, samen één zijn in veelkleurigheid, verbonden met, gastvrij naar en dienstbaar aan de samenleving en de wereld.

5 oktober 2014

Lezing uit de profetie: Jseaja 5:1-7
Evangelielezing Matteüs 21:33-44

Een spiraal van geweld die maar niet ophoudt, steeds heviger, steeds erger wordt. Door DE Zoon te vermoorden zet Israël zijn verkiezing op het spel. Het BLIJT echter Gods uitverkoren volk, want wat zou de kerk zijn zonder haar bron van inspiratie, Israël? Wie zouden wij zijn zonder het eerste testament, dat wij ten onrechte het Oude Testament noemen? Nog onbeschaafder dan de mensen uit deze gelijkenis. Heeft de kerk in DE Zoon, voortgekomen uit Israël, Israël vervangen? Heeft het Nieuwe Testament het Oude Testament vervangen? Die gedachte, die eeuwenlang geleefd heeft in de kerk en gevoed is door de kerk, heeft alleen maar geleid tot geweld tegen Gods volk, Israël. Het antisemitisme komt in Europa en in Arabische landen niet uit de lucht vallen, maar is diep geworteld in een verkeerde theologie, die helaas in menige kerk en menig land nog niet achterhaald is. Alleen leven uit gerechtigheid en de onvoorwaardelijke liefde waartoe God ons oproept kan de spiraal van geweld in de wereld doorbreken. Hoe dat concreet werkt, leeft Gods Zoon ons vol grenzeloze liefde voor. Hij leeft geweldloos en daarmee ontwapenend. Hij leeft onvoorwaardelijk voor medemensen, omdat Hij weet wat medelijden en barmhartigheid concreet betekenen en met mensen doen.
Jezus, de ware wijnstok, laat ons zien hoe je een bloeiende wijngaard moet inrichten. Heel anders dan de onrechtvaardige wijnbouwers: door onrecht, structureel geweld, uit te bannen. Door de rechten van de landheer en zijn vertegenwoordigers, zijn ambassadeurs, te erkennen en in navolging van de landheer iedereen te geven wat haar of hem toekomt, door liefde alle ruimte te geven, dus ook geweld alleen te beantwoorden met daden van liefde in plaats van met tegengeweld. Gehoor geven aan de roep om wraak, die natuurlijk klinkt, heeft geen zin. Wraak is net zo zinloos als geweld. Wraak en geweld leveren alleen maar wrange vruchten op, verbittering en nog meer verblind fanatisme. Alleen liefde levert inzicht en begrip op. Alleen een liefdevolle benadering kan mensen veranderen, milder stemmen, tot het inzicht brengen dat men verkeerd bezig was, was misleid.
Alleen leven in dienst van landheer God, alleen doen wat God van ons vraagt, levert goede vruchten op, tien, twintig, ja honderdvoud. Alleen waar wij gerechtigheid liefhebben en het geloof in praktijk brengen, wordt iets zichtbaar van dat nieuwe volk waarover Matteüs spreekt. De scheidingslijn verloopt dus langs ethische lijnen, niet langs etnische scheidingslijnen. Daarom gaat het steeds weer in het Eerste Testament om ethiek, om doen wat God van ons vraagt, om het doen van gerechtigheid, om rechtvaardig zijn, om daden van liefde.
Waar de rechten van de landheer niet worden erkend en de Thora geen gezag geniet, woekert het geweld voort, gaan beschavingen ten onder. De Thora is onze enige bescherming tegen onrecht en geweld. Gods heilzame richtlijnen voor een goed leven zijn de enige bron voor een goed leven, de enige bron van inspiratie die ons voor onrecht, wraak en geweld behoedt. Alleen waar de beschermende muur van de Thora ons omgeeft, is sprake van een tuin waarin het goed leven is. Waar men NIET uit de Thora leeft, staat men onbeschermd, weerloos in het leven, wordt men continu blootgesteld aan propaganda, haat, dwaze ideologieën en dito geweld en eerwraak.
Niet de landheer zorgt voor de ingeweven fouten van onrecht en geweld, maar de pachters, ondanks het feit dat de landheer alles zo goed had bedoeld en ingericht. MENSEN vernietigen Gods goede schepping. MENSEN zaaien haat en geweld. Desondanks geeft de landheer ons, mensen, niet op. Hij blijft ons met zijn goede boodschap benaderen, in de hoop ons te overtuigen en daarmee zicht te geven op een andere, betere wereld.
Ambtsdrager zijn is in diakonaat en pastoraat namens de God van Israël op mensen betrokken zijn om zo, net als DE Zoon, gestalte te geven aan die andere, betere wereld. Ambtsdrager zijn is, net als de landheer, ondanks tegenwind dapper volhouden, omdat het om mensen gaat en mensen nu eenmaal vaak, net als deze pachters, hardleers zijn, tijd nodig hebben om tot inzicht en begrip te komen. Ambtsdrager zijn is medemensen aandacht en troost schenken, opdat mensen zich gezien weten, verder kunnen, gedragen door Gods liefde en zegen.
Waar onrecht en geweld voortwoekeren, wordt ook de wijngaard het slachtoffer van al dat geweld, gaat ook de wijngaard, Gods kerk, ten onder in gebieden vol geweld, zoals het Midden-Oosten. Daar krijgen nieuwe initiatieven om tot een andere manier van leven te komen geen kans, maar verstikken tradities vol haat en geweld elke vorm van humaniteit. Waar geweld ‘normaal’ is geworden, krijgt leefbaarheid geen kans. Alleen waar men wandelt met God en liefde en gerechtigheid het voor het zeggen hebben, wordt iets zichtbaar van dat goede leven overeenkomstig Gods bedoelingen. Een andere weg naar een goed leven, een gezegend bestaan voor iedereen dan aan Gods hand, dan aan de hand van de Thora, is er niet.
Alleen rond Israël is dat alles te vinden. Alleen Israël schenkt ons die rijkdom, opdat mensen elkaar als medemens blijven zien en daarom elkaar in vrede ontmoeten. Amen.