Het doel van ons gemeente-zijn is dat we als gemeente(leden) groeien in de verborgen omgang met God, groeien in de onderlinge gemeenschap, samen één zijn in veelkleurigheid, verbonden met, gastvrij naar en dienstbaar aan de samenleving en de wereld.

18 januari 2009

Bij een bruiloftsfeest hoort natuurlijk een feestelijke maaltijd. Conform de traditie is zoals gebruikelijk heel het dorp uitgenodigd. Dan heb je zoveel gasten aan tafel en dan dreigt de wijn op te raken. Wat een afgang! Het zal je maar overkomen als bruidspaar. Dan heb je met heel de familie hutje bij mutje gelegd om de dorpsgenoten te behagen, niet onder te doen voor anderen, en dan overkomt je zoiets. Wat zullen de buren er wel niet van zeggen? Geen wijn, niet volop eten en drinken, dat kan niet op een feest waarvan heel het dorp meegeniet. Nog even en dit arme bruidspaar staat voor schut voor heel het dorp.
Dan grijpt moeder Maria in. Haar bijzondere zoon zal de dorpelingen wel eens even laten zien wat hij allemaal wel niet kan. Maria heeft alleen buiten de waard gerekend, er geen rekening mee gehouden dat Jezus nooit publieke optredens weggeeft om met zijn wonderlijke daden aandacht te trekken. Jezus werkt liever in het verborgene. Jezus grijpt niet in om trotse moeders te behagen, maar om mensen te helpen die er hopeloos, ellendig aan toe zijn. Geïrriteerd reageert Jezus op de suggestie van zijn moeder. Kent zij hem nu nog niet? Begrijpt ook zij niets van Gods bedoelingen? Begrijpt ook zij niets van waarom Hij gekomen is? Zoveel onbegrip, steeds opnieuw; wat moet Jezus daar onder geleden hebben! Wat een eenzaamheid, met zoveel onbegrip en zoveel nieuwsgierigheid, zoveel sensatiedrang om je heen! Allemaal dwars tegen je diepste bedoelingen in. Maar wie heeft er oog voor het drama, dat het leven van Jezus van Nazareth in feite is? Wie heeft er begrip voor deze Jezus?
Onderweg naar de bruiloft van het Lam staat niet toevallig aan het begin van het evangelie vol liturgische symboliek het verhaal over de bruiloft in Kana, als het veelbelovende begin van de tekenen dat Gods Koninkrijk komt, dat waar God de kans krijgt om te regeren wonderlijke dingen gebeuren. Dankzij Jezus’ komst is het leven één feest, staat ons leven in het teken van de blijdschap, in het teken van de hoop. DAT wil Jezus deze mensen laten ervaren. Niet laten zien, wel doen geloven.
Opnieuw neemt Jezus de zorg voor arme mensen op zich. Opnieuw laat Hij mensen niet aan hun lot over, maar biedt Hij uitkomst in een benarde situatie. Jezus houdt er namelijk niet van dat mensen voor schut staan. Dat laat Hij herhaaldelijk blijken; soms tot ontsteltenis van de omstanders, die vinden dat Hij de goede zeden niet serieus neemt, zoals bij die confrontatie met die overspelige vrouw. Dat Jezus andere zeden belangrijker vindt, dat heeft men, ondanks gelijkenissen en tekenen, niet door. Wanneer doorgrondt men deze merkwaardige, wonderlijke helper eindelijk?
Waar Mozes water uit de rots te voorschijn toverde, schenkt deze tweede Mozes zijn volk wijn. Waar Jozua en de verspieders druiventrossen aandragen uit het beloofde land, laat deze tweede Jozua de vrucht van de wijnstok opdienen. Jezus schenkt klare wijn als teken van Gods genade. Maar leggen de mensen wel het juiste accent bij dit teken? De mensen leggen de nadruk op het wonderkarakter, terwijl het God om genadig handelen gaat, om een diakonaal gebaar, om een symbolisch gebaar. Steeds weer zitten mensen er naast met hun interpretaties.
Steeds weer ziet Jezus mensen in genade aan, zit Hij met hen aan tafel. Zo ziet Hij ook ONS vol genade aan en zit Hij met ons aan tafel. Jezus is één en al goedheid rond brood en wijn, rond de bruiloft van het Lam. Hebben wij wel voldoende oog voor Zijn goedheid of letten we, net als Maria en de mensen rond Jezus, op andere, totaal onbelangrijke zaken, zitten ook wij er naast met onze interpretaties van het Avondmaal?
Jezus toont ons Gods goedheid, Jezus blijft geven. Zo maakt Hij van de derde dag weer een keerpunt, weer een teken van Gods beloften. Steeds weer keert Jezus dingen ten goede, ONS ten goede. Steeds weer geeft Jezus een heilzame wending aan het bestaan van mensen. Zo wil Hij er voor ons zijn, als de goede Herder. Haast ongemerkt verandert Hij water in wijn, zonde en schuld in genade.
Hij schenkt overvloedig genade. Niks geen zunigheid. En als het goed is, roept Zijn handelen verbazing, verwondering bij ons op, net als bij die ceremoniemeester in Kana.
Jezus schenkt ons topkwaliteit aan tafel; beter kan niet. Dan kan je alleen maar dankbaar met DE Bruidegom bruiloft vieren. Dan kan je je alleen maar verbazen over zoveel goedheid. Dan kan je alleen maar, net als de discipelen, verwonderd met deze Jezus op weg gaan om dankzij Hem het ene na het andere wonder te aanschouwen en van de ene in de andere verbazing te vallen. Amen.