Het doel van ons gemeente-zijn is dat we als gemeente(leden) groeien in de verborgen omgang met God, groeien in de onderlinge gemeenschap, samen één zijn in veelkleurigheid, verbonden met, gastvrij naar en dienstbaar aan de samenleving en de wereld.

30 augustus 2009

Evangelielezing: Markus 8:22-26

Epistellezing: Filippenzen 1:9 en 10a.

Opnieuw heeft iemand, net als in hoofdstuk 7 bij de genezing van een doofstomme, zijn genezing te danken aan het feit dat er mensen zijn die naar een ander omkijken.Gelukkig zijn er ook hier mensen die de levenskunst verstaan van een harde maatschappij een zorgzame samenleving te maken.

Ook hier blijven deze mensen anoniem. Ook hier is er geen speciale aandacht voor hulpverleners. Ook deze prima mensen willen onopvallend hun werk kunnen doen, want ‘dat is toch niets bijzonders, dat je een ander helpt?’ Ook zij vinden, net als Jezus, een ander helpen doodgewoon en willen niks geen kouwe drukte.

Maar hoe zou onze samenleving er uit zien zonder zulke voorbeeldige mensen? Juist dankzij deze vanzelfsprekende hulpvaardigheid ziet onze samenleving er anders uit dan die in islamitische landen of in Oost-Europa. Wat is een samenleving zonder medemenselijkheid, zonder diakonie, zonder mensen die medemensen van DIENST zijn?

Ook hier zijn er mensen die het voor een medemens opnemen, bij Jezus zijn genezing bepleiten. Door Jezus er bij te roepen, door Jezus in te schakelen zal er vast en zeker wat veranderen in het trieste lot van deze blinde man. Wie blind is, is een leven lang veroordeeld tot de bedelstaf. Levenslang afhankelijk zijn van anderen. Precies DAT willen wij niet. Juist dat wat wij NIET kunnen verdragen, moet een hulpbehoevend mens maar zien te verwerken, dag in dag uit. Wat er dan door je heen gaat, ze moesten eens weten! Zal dan nu aan die ellende een eind komen, dankzij medemensen die je bij Jezus brengen?

Opnieuw haalt Jezus een zieke bewust weg uit de publiciteit. Geen openbare vertoning. Het gaat rond Jezus immers niet om pottenkijkers, maar om inzicht. Daarom houdt Hij nieuwsgierige mensen op veilige afstand. Die zien toch niet in waar het om draait. Die zien alles alleen maar oppervlakkig, terwijl het rond Jezus om inzicht, dus om diepgang en perspectief draait.

Rond Jezus geen jacht naar populariteit. Iemand kunnen genezen is een gave; dat talent buit je niet uit. Je richt niet alle aandacht op jezelf. Jezus wil liever onbekend blijven dan populair worden, omdat Zijn leven in het teken van bescheidenheid, eenvoud en dienstvaardigheid staat. Uw nederige dienstknecht.

God zoekt niet de publiciteit, Hij dringt zich niet aan ons op. Hij gaat ons wel voor; maar dat is wat anders! Zijn voorbeeld dwingt zelfs niet tot navolging. Jezus prefereert de binnenkamer, houdt het privé.

Door bescheidenheid en inzet, door nederige eenvoud wordt een samenleving opgebouwd, niet door populariteit en niet door hebzucht, niet door bling bling, wel door eenvoud en dienstvaardigheid. Zo gek waren die puriteinse Calvinisten, die er net zo over dachten, nog niet. Zij wisten maat te houden. Zij zagen in waar het op aan komt in het leven.

Als Jezus slijm gaat gebruiken, dan gaat het gebeuren. Als Jezus mensen de handen oplegt en zegent, gebeurt er iets groots: krijgen mensen deel aan Gods goedheid, delen mensen in Gods barmhartigheid, neemt hun leven een keer ten goede. Steeds weer geeft Jezus, totaal belangeloos, een heilzame wending aan het leven van mensen. Steeds weer verandert rond de Heer een uitzichtloos bestaan in een gezegend bestaan vol kansen. Steeds weer ontsluit God voor ons nieuwe mogelijkheden, een totaal nieuw bestaan. Steeds gaat er rond God een wereld voor je open.

Genezen gaat echter niet altijd van een leien dakje. Ook hier verloopt de operatie niet in één keer goed. Ook deze man moet leren zien, leren onderscheiden waar het op aankomt. Ook voor hem geldt vooralsnog : je kunt wel kijken, maar nog niet zien. Zien is een kunst op zich, die maar weinig mensen verstaan, omdat zij niet het geduld hebben aandachtig te kijken. We zappen alleen maar. Dan zie je schijnbaar een heleboel, maar je ziet net niks. De televisie geeft je geen verziende blik; eerder het tegendeel: oogkleppen op. Jezus schenkt ons veel meer. Dat blijkt als Hij deze slechtziende man opnieuw die zegenende handen oplegt. Pas dan gaat er een wereld voor deze man open. Pas dan kan hij de dingen scherp zien, dankzij Jezus. Pas dan doorziet hij de mensen en de dingen. Pas dan, onder Gods zegen, is er eindelijk sprake van inzicht en uitzicht.

Werkelijk zien, horen en zien, leer je alleen dankzij Jezus, als Gods Woord een lamp op je pad is geworden. Pas dan vindt DE Verlichting plaats, rond een Heer die mensen leert kijken, ziende maakt. Inzicht vanuit het Woord; niet vanuit jezelf; een beetje vanuit de filosofie, maar vooral vanuit Gods Woord. Dat werpt een ander licht op de werkelijkheid. Dat maakt een ander mens van je, een mens die oog heeft voor anderen, langzaam maar zeker medemens wordt, via de weg van de liefde. Dat allemaal, geïnspireerd door dat aloude Woord. Want alleen daar leer je wat dienstvaardigheid is. Alleen daar leer je de waarde van de eenvoud. Alleen van Jezus leer je het geheim van de gepaste bescheidenheid, dat zo tegengesteld is aan zucht naar populariteit. Jezus houdt niet van verdwazing. Daarom laat Hij ons zien waar het op aankomt.

Alleen door het Woord te horen en alleen God te gehoorzamen leer je zoveel meer zien. Een andere weg die tot zoveel inzicht leidt is er niet. Daarom: leer mij aandachtig leven, U toegewijd.

Zien is: aandachtig kijken, tussen de regels doorlezen, niet alle beelden die ons worden voorgeschoteld voor DE werkelijkheid houden, maar net als Jezus ACHTER de façade van de alledaagse werkelijkheid kunnen kijken.

Wie met Gods ogen naar de werkelijkheid kijkt ziet, net als Jezus, wat mensen nodig hebben.

Wie met een Gods diakonale ogen naar de werkelijkheid kijkt, kan behoeften peilen,.

Wie met Gods blik vol mededogen kijkt is, net als Jezus, met ontferming bewogen.

Wie met Gods scherpe blik kijkt kan, net als Jezus, de geesten onderscheiden. Er zijn heel wat boze geesten in deze wereld vol oogverblindende elementen aan het spoken.

Wie met Gods ogen vol inzicht naar de werkelijkheid kijkt weet de machten van bedrog, hebzucht, onmenselijkheid en terreur te doorzien en te ontmaskeren.

Hoe goed zien WIJ de dingen eigenlijk? Net zo goed als wij denken of helaas minder scherp? Jezus leert een mens kijken. Alleen Jezus opent ons de ogen en laat ons zoveel meer zien dan het gewone, alledaagse, dan de oppervlakkigheid van het platte vlak.

In navolging van Jezus openen dissidenten ons de ogen. ZIJ zorgen er voor dat ons de schellen van de ogen vallen en wij het opeens ook gaan zien, eindelijk doorhebben hoe het allemaal werkelijk in elkaar zit. Zulke uitzonderlijke medemensen gunnen ons een andere, verhelderende kijk op de werkelijkheid: o, zit dat zo? Ja, zo werkt dat.

Net als Jezus leren kunstenaars ons zoveel meer zien, mits je de kunst verstaat aandachtig te kunnen kijken. Kunstenaars gunnen ons een verrassend andere kijk op de werkelijkheid, een doorkijkje, een eye-opener.

Jezus maakt ons duidelijk dat het steeds weer om inzicht draait, wil je net als deze man dwars door de bomen het bos zien door oog te hebben voor mensen. Zo wordt ons weer duidelijk dat Jezus echt een licht is. O wee, als DAT licht in een maatschappij uitgaat. Dan hebben duistere machten vrij spel. Dan is men ziende blind en horende doof.

Zonder het inzicht dat Jezus schenkt zien wij de mensen en de dingen alleen maar via onze vooroordelen, die als een muur tussen ons en de werkelijkheid in staan. Dan zien wij niet wie die ander ECHT is, hoe de zaak echt in elkaar zit. Triest, als je zo weinig ziet, mensen en dingen zo weinig doorgrondt. Jezus bevrijdt ons van onze oogkleppen. Jezus geneest ons van onze verblindheid. ‘Rabboeni, dat ik mag zien’ (Marcus 10:51). Amen.