Het doel van ons gemeente-zijn is dat we als gemeente(leden) groeien in de verborgen omgang met God, groeien in de onderlinge gemeenschap, samen één zijn in veelkleurigheid, verbonden met, gastvrij naar en dienstbaar aan de samenleving en de wereld.

22 mei 2011

22 mei 2011 zondag Cantate (zingt)

5 jaar Protestantse Gemeente te Weesp en Driemond

lezingen:
Deuteronomium 6:20-25
Johannes 14: 1-14
I Petrus 2: 4-6

Gemeente van onze Heer Jezus Christus,

Vijf jaar Protestantse Gemeente te Weesp en Driemond. Vorige week zat ik op de website van de gemeente wat in de fotogalerijen te snuffelen – en van dat resultaat heeft u zojuist kunnen meegenieten – Het was voor mij een feest van herkenning: o ja dat, en toen, dat herinner ik mij ook nog. Dat zijn de gebeurtenissen en de verhalen.

Méér nog dan de plaatjes zijn het de verhalen van de mensen die door mijn hoofd gaan. De mensen die samen deze gemeente van Christus vormen, de kring van mensen die groter is dan nu in de kerk verzameld, maar grensoverstijgend is. De verhalen van mensen die hier in deze gemeenschap
voor het aangezicht van God zijn gebracht. Verhalen van vreugde en verdriet, verhalen van ontreddering en dankbaarheid. Verhalen met hoogte- en dieptepunten, verhalen over onvermoede verten. Ik geef geen kroniek over de afgelopen vijf jaar. Een impressie krijgt u in beeld en voor het overige doe ik een beroep op uw herinnering, ongeacht hoe lang u ook met deze gemeente verbonden bent.

Verbondenheid, vrucht dragen en liefde waren de drie woorden waarmee we de protestantse gemeente begonnen zijn in 2006. Als herinnering aan gisteren, als opdracht voor morgen. Daar begon het mee, daar kan het niet bij blijven. Fuseren als drie kerkelijke gemeenten heeft een zakelijke kant èn is een geloofsdaad, zo zei ik toen. Werk maken van verbinding, vrucht dragen en liefde is hard werken, ploeteren soms. Dat kun je niet alleen.

Vandaag bij het eerste lustrum zijn er opnieuw drie woorden als leidraad.

als eerste: verhalen vertellen
Deuteronomium reikt ons het belang van verhalen vertellen aan, aan de jongere generatie. Als uitleg van de wet- en regelgeving. Niet om het zo moet en niet anders, maar omdat ik je het verhaal vertel.
Het verhaal van uittocht en bevrijding uit Egypte, uit Angstland, uit de slavernij, en het verhaal van de intocht in het land van belofte. Het verhaal van onze weg zoeken, met vallen en opstaan. Het verhaal over de woestijnervaringen en de oases die we aandeden over onze band van geloofsvertrouwen in deze God en anders geen. Verhalen over Gods heilsdaden aan ons gedaan.

Het kan geen kwaad om zo in elkaars verhalen en geschiedenissen te delen, ook tussen generaties.
Het kan geen kwaad, sterker nog: het kan aanstekelijk en inspirerend werken. Misschien wel juist als de kinderen of andere jongeren in je omgeving er  – zoals het heet – niets meer aan doen, toch ‘ns te vertellen over je persoonlijke verhaal, waardoor je geraakt bent. Het verhaal van God met jou en jij met God. Niet zo gemakkelijk misschien, maar wel geraakt in de essentie van je bestaan.

De weg
De weg is het tweede woord. Jezus noemt zichzelf in het evangelie naar Johannes ‘de weg, de waarheid en het leven’. Hij wijst geen route aan, die kant op, of iets dergelijks, als een wegwijzer.
Jezus is de weg, echt en betrouwbaar. Jezus is de weg naar God de Vader en in dat spoor, in deze onverbrekelijke eenheid tussen Jezus Christus en God de Vader, zijn de leerlingen en allen die Christus navolgen in staat grote dingen te doen, meer dan we zelf soms voor mogelijk houden.

Johannes heeft ons heel kunstig een portret geschilderd van die unieke Jezus in wie weg, waarheid en leven zó verbonden zijn dat het een betrouwbare weg is. Een weg van een mens die op je toe komt, die afdaalt om jou te bevrijden. Een weg die niet exclusief is.

Voor mij persoonlijk is Jezus een betrouwbare levensweg, Jezus inspireert mij als geen ander. Ik vind Jezus daarom zo inspirerend omdat Hij steeds bezig is gesloten situaties open te breken. Dat is ook voor mij vandaag de weg. Niet exclusief denken, maar inclusief denken. Ruimte scheppen voor het woord, het verhaal van de ander, het geloof van de ander. In dat alles durven zeggen wie en wat jou inspireert.

Net zo vaak ben ik ook één van die mensen die – zoals Gerard Reve – vindt dat de wereld een zootje is, en dat God onvindbaar is. Reve verwoordt wanhoop en hoop: “Eigenlijk geloof ik niets en twijfel ik aan alles zelfs aan U,maar soms wanneer ik denk dat Gij waarachtig leeft dan denk ik dat Gij liefde zijt en eenzaam en dat in zelfde wanhoop Gij mij zoekt zoals ik U.”

God die wanhopig op zoek is naar mensen, God die niet zonder mensen kan. Mensen wanhopig op zoek naar God, naar iemand, naar licht en zin, naar ruimte, naar uitdaging en rust. Soms zie je het voor je ogen gebeuren: van wanhoop tot hoop.

levende stenen
Levende stenen is het derde woord, dat krijgen we van Petrus. Dat klinkt als een tegenstelling: een steen is een dood ding. Petrus spoort ons aan na Jezus als de eerste steen, de hoeksteen, om ons als levende stenen te laten gebruiken tot opbouw van een geestelijk huis. Daartoe zijn we – door Christus zelf – gekozen en kostbaar voor God. Levende stenen die samen een geestelijk huis vormen,
een gemeenschap waarin de Geest van God woont. Een huis voor de lofprijzing, het doen van barmhartigheid en onderlinge liefde. Het is lastig, zo niet onmogelijk, om één losse levende steen te zijn, alleen als geheel van levende stenen valt er te bouwen, een op Christus gefundeerd huis.

Met één steen bouw je geen huis! Zonder bron en oorsprong is het lastig om een levende steen te zijn, dan wordt het een zwerfkei. We hebben elkaar als gemeenschap van levende stenen nodig.
Om elkaar samen te blijven bepalen wie onze bron is. Hebben we zicht op de levende hoeksteen?

‘vol van hoop – geven en ontvangen’ daarmee begonnen we dit seizoen. Op vijf jaar protestantse gemeente kun je terugkijken, vol van hoop er is door veel mensen veel gegeven, velen hebben er inspiratie ontvangen. Ik roep het thema ‘geven en ontvangen’ nog maar eens in herinnering. Wat heeft ieder van ons te geven en te ontvangen, in verhalen, in wegwijzers, als levende stenen? Welke rol spelen wijzelf in het verhaal van God met ons mensen? Daarvoor kunnen we de gemeenschap in Christus niet missen.

Want:
Wie alleen loopt, raakt de weg kwijt.
Alleen uit de gemeenschap komt de wijsheid.
Eén hand alleen kan geen touw om een bundel knopen.

Wie alleen loopt, raakt de weg kwijt.
wie dan valt,
heeft niemand om haar overeind te helpen.
Wie dan schreeuwt,
heeft niemand die haar hoort.
Wie alleen loopt, gaat zwaar gebukt onder haar last,
niemand deelt haar vreugde of verdriet.

Wie alleen loopt, raakt de weg kwijt.
haar kolanoot eet ze alleen,
ze heeft maar twee voeten,
ze heeft maar twee armen
ze heeft maar twee ogen.

In de gemeenschap
heeft iedereen duizend handen,
heeft iedereen duizend voeten,
loopt niemand ooit alleen.

(Patricia Kaya – Kameroen)