Het doel van ons gemeente-zijn is dat we als gemeente(leden) groeien in de verborgen omgang met God, groeien in de onderlinge gemeenschap, samen één zijn in veelkleurigheid, verbonden met, gastvrij naar en dienstbaar aan de samenleving en de wereld.

13 maart 2022

Gemeente van Jezus Christus,
Er was voorganger van een kerk in Amerika die spontaan een welkomsttekst op had geschreven voor ouders en hun jonge kinderen in zijn kerk. Die tekst hing hij op in zijn kerk én hij deelde het op facebook. Binnen no time ging het de wereld over, tot zijn eigen verbazing. Blijkbaar, zo schreef hij later, raakt dit aan een groot verlangen.
Ik heb het vertaald, het gaat zo:
Aan de ouders van onze kleine kinderen, wij willen jullie graag het volgende meegeven:
Als eerste: ontspan, relax! God heeft het gewiebel en gedraai in kinderen gestopt, dus voel je niet verplicht om dat te onderdrukken in Gods huis. Iedereen is welkom!
Ga een beetje vooraan zitten zodat het voor jullie kleintjes makkelijk is om te zien en te horen wat er gebeurt. Ze vinden het niet zo leuk om tegen achterkanten van hoofden aan te kijken.
Leg zachtjes uit wat er gebeurt in de dienst en wat de dominee of anderen in de viering doen.
Zing de liederen, bid mee met de responsies. Kinderen leren de liturgie door jou na te doen.
Als je de dienst moet verlaten met je kind, voel je vrij om dat te doen, maar kom alsjeblieft ook weer terug, want Jezus zei: laat de kinderen tot mij komen.

Onthoud dat de manier waarop wij kinderen verwelkomen in de kerk een directe invloed heeft op de manier waarop zij reageren op de kerk, op God en op elkaar.
Laat ze weten dat ze thuis zijn in dit huis van gebed.

Aan alle leden van deze kerk:
De aanwezigheid van kinderen is een geschenk aan de kerk als een herinnering dat onze gemeenschap altijd groeiende is.
Verwelkom onze kinderen en geef een glimlach als aanmoediging aan hun ouders.

Prachtig toch! Misschien kunnen wij het hier ook ophangen in de kerk, als welkom en herinnering.
Want er zit zoveel in:
Het is een geruststelling voor de ouders: voel je vooral niet opgelaten als je kind niet stil kan zitten in de kerk, dat hoort er nu eenmaal bij, zo heeft God ze geschapen, maak je niet druk!
Tegelijkertijd is het een aansporing voor de ouders: neem je kind naar de kerk, en neem je kind mee door de liturgie, door jou raken ze er vertrouwd mee.
Tenslotte opent het onze ogen voor wat een kind ons laat zien: een kind dat opgroeit en groter wordt en dingen leert met vallen en opstaan, zo is ook onze gemeenschap.
Voor deze ouders, Clara en Jesper en Kees en Jennifer, is de keuze van de doop ook een keuze van traditie, van het uitnodigen van de kinderen in de lijn van hun voorgeslacht.
“Wij zijn deze weg gegaan, en we hopen dat je met ons mee wilt gaan op deze weg.”
Wij als gemeente mogen ons gelukkig weten met deze ouders en deze twee kleine jongens, met alle kinderen die bij ons horen. Want ze zijn er, en we moeten hen op handen dragen.
Het jonge leven heeft onze bescherming nodig bij het opgroeien in deze wereld.
Want de weg van Jezus gaan, en de kinderen voorgaan op die weg is makkelijker gezegd dan gedaan.
Dat blijkt wel uit de evangelielezing van vandaag.
Het gaat zelfs over dood en leven.
Best wel pittige kost voor een doopdienst.
Het brengt ons wel meteen bij de kern van het leven met Jezus.
Want dood en leven liggen in het evangelie dicht bij elkaar.
En vandaag komen die twee samen als Jezus zegt: als een graankorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft het bij één graankorrel, maar wanneer hij sterft brengt hij veel vruchten voort.
We horen die tekst vandaag, midden in de 40dagentijd, waarin we toeleven naar het lijden en sterven van Jezus.
We lezen dat vandaag, midden in een wereld waarin oorlog dichterbij is gekomen dat we ooit voor mogelijk hadden gehouden.
En ja, wij lezen dat vandaag, op een feestdag waarin we het leven van twee kleine jongens, Lars en Keith Jan vieren en opdragen aan God.
Hun ouders zijn hier met het verlangen hun kind door de doop voor te gaan in het leven met God.
En dat volgen van Jezus dat vraagt iets van je.
Zoals je het ouderschap niet half kan doen, je bent er met je hele wezen, huid en haar, bij betrokken, zo is dat ook met het volgen van Jezus.
Het evangelie van Johannes vertelt ons dat in de loop van de tijd steeds meer mensen kwamen die Jezus weleens met eigen ogen wilden zien. Ze waren onder de indruk geraakt van zijn woorden en daden. Zo liepen er steeds meer Joden achter hem aan, maar nu kwamen er ook Grieken kijken.
De hele wereld loopt achter hem aan, stelden de hogepriesters en farizeeën grimmig vast.
Voor hen het begin van het plannen maken om Jezus uit de weg te ruimen.
Voor Jezus het moment om uit te leggen dat hem volgen meer vraagt dan alleen maar volgen.
Een volgeling of getuige van Jezus worden gebeurt op basis van horen, zien en voelen, kortom met je hele wezen ondersteboven raken van Jezus.
In de verzen die volgen waar wij gestopt zijn wordt duidelijk dat er Joden waren die wel onder de indruk geraakt waren van Jezus, maar niet die laatste grote stap wilden zetten. Uit angst om door hun omgeving niet geaccepteerd te worden, uit angst om de toegang tot de synagoge ontzegd te worden.
Jezus volgen is meer dan hem nadoen, of geïnspireerd zijn door zijn woorden en daden. Het is als graan dat de grond in gaat. Volledig, met je hele wezen de weg van Jezus volgen naar beneden.
Want van Jezus ondersteboven raken is ook letterlijk ondersteboven, de weg achterstevoren gaan.
Waar we op bijna elk gebied in ons leven vooruit willen, vooruitkijken, de weg omhoog zoeken, naar beter, mooier, kundiger, gelukkiger, gaat de weg van Jezus naar beneden.
Niet omhoog, maar omlaag. De grond in, als graan.
Mijn leermeester Jurjen Beumer, de oprichter de dak en thuislozen opvang Stem in de Stad in Haarlem, noemt deze minigelijkenis het verhaal van het grote en het kleine sterven.
Het grote sterven is als we doodgaan, iets wat ons allemaal te wachten staat al weten we niet wanneer.
Het kleine sterven is waartoe Jezus ons oproept middenin ons leven.
Als de graankorrel die in de aarde gaat.
Het kleine sterven is een leer proces. Onszelf steeds weer een beetje meer loslaten en uit handen geven.
Hoe je het ook went of keert, dit staat haaks op wat we als mens van nature geneigd zijn te doen.
We willen vasthouden, niet loslaten,
we willen groter worden in plaats van kleiner,
gezien worden in plaats van vergeten,
erkenning krijgen in plaats van onopgemerkt blijven.
Jurjen Beumer vraagt zich voorzichtig af of het zou kunnen dat het grote sterven ons minder angst kan inboezemen als we nu al het kleine sterven leren.
Vorige week stond ik aan het graf van een van onze gemeenteleden en sprak ik de woorden uit die dan altijd klinken:
We leggen zijn lichaam neer in de aarde en dekken het toe. Zo leggen wij hem in de handen van de Levende God. Die gezegd heeft: wie in Mij gelooft zal leven, ook wanneer hij sterft.
Ik vond het zo troostend dat de aarde niet alleen kil en koud is, maar juist warm en ontvangend omdat het meer is dan aarde alleen, het zijn de handen van de Levende God die ons opvangt als wij het leven los hebben moeten laten.
Als we ons in het kleine sterven overgeven aan God, zal hij ons ook opvangen met zijn handen.
Want het kleine sterven is niet kil en koud. Het is de weg van Gods koninkrijk. Waarbij je meer te wachten staat dan wat je hebt te verliezen.
Als we volledig met Jezus de weg naar beneden gaan, met ons hele wezen,
dan betekent dat ook: volledig met hem opstaan en delen in zijn glorie.
Wij heten de kinderen welkom in de kerk van Christus, waar de weg naar beneden gaat.
Welkom bij de club van mensen die liever afgaan dan opgaan.
Nou, dat is nogal wat.
Waar we altijd kijken hoe goed kinderen groeien en steeds beter worden in dingen, doen we ze in de kerk ook voor hoe de weg naar beneden achter Jezus aan een vruchtbare weg is.
Waarbij geldt dat als je jezelf durft te geven je meer wordt dan jij alleen.
Dat kun je vruchten voortbrengen die jouw eigen leven alleen overstijgen.
En dat begint al vandaag, hun jonge leven wordt opgenomen in het grotere geheel van de gemeenschap.
Ze hebben nog niets gedaan, nog niks bewezen, en juist nu is het daarom zo’n krachtig beeld dat de doop laat zien: God omarmt Keith Jan en Lars om wie ze zijn, niet om wat ze gepresteerd hebben. Niet om wat ze zelf gezocht en gevonden hebben, maar God heeft hen gevonden.
Het vraagt wat van de ouders om hun kinderen voor te gaan op deze weg, maar het vraagt ook wat van de gemeenschap van de kerk.
Om het ze voor te leven.
Steeds iets van jezelf loslaten, steeds meer van jezelf kunnen opofferen om een ander te laten groeien.
Met Christus sterven, om ook met hem weer op te staan.
De doop symboliseert dat allemaal.
Eerlijk is eerlijk, het is dat deze tekst op het rooster stond voor het 40dagentijd project van de kinderen, anders had ik hem zelf misschien niet gekozen voor een doopdienst. Maar dat is soms dan weer net het mooie en het goede.
We kunnen het leven niet mooier en zoeter maken dan het is voor het jonge leven dat jullie is toevertrouwd.
Het leven is prachtig, maar niet altijd eenvoudig.
Ze zullen met vallen en opstaan leren hun weg te gaan.
Maar als er één ding vandaag maar duidelijk mag zijn: die weg gaan ze niet alleen.
Ze hebben liefhebbende ouders die dolgelukkig met ze zijn, én ze hebben een gemeenschap om hen heen van deze lieve mensen, die vandaag ook ja zeggen tegen hen.
Bovenal hebben ze een levende God die zijn naam aan hen verbindt.
Want we dopen in de naam van de vader, de zoon en de heilige geest.
Amen