Het doel van ons gemeente-zijn is dat we als gemeente(leden) groeien in de verborgen omgang met God, groeien in de onderlinge gemeenschap, samen één zijn in veelkleurigheid, verbonden met, gastvrij naar en dienstbaar aan de samenleving en de wereld.

26 augustus 2007

ds. Wim Lamfers
Dienst 26 augustus 2007:

Evangelielezing: Lukas 13:22-30
Lezing uit de profetie: Jesaja 30:15-21
Epistellezing: Hebreeën 12:12-14.

Op grond van de Thora worden wij in de Bijbel steeds weer aangespoord om de juiste prioriteiten te stellen in ons leven: God te dienen door niet te vergeten de nodige aandacht te besteden aan de heiliging van het leven. Net even iets meer en daardoor iets goeds van het leven weten te maken in het spoor van Jezus Christus. Omdat Hij in onze ogen vreemde prioriteiten stelt, gaat het om volharden, vol vertrouwen in Gods bedoelingen doorgaan waar anderen afhaken. Strijd de goede strijd des geloofs, grijp het eeuwige leven. Daartoe zijn wij geroepen (1 Tim. 6:12). Niet de moed opgeven, maar in geloof en vertrouwend op God doorgaan op de weg naar een gezegend bestaan, die Hij ons wijst!
Wij hoorden in wezen bemoedigende teksten, want steeds weer klinkt door: God zal naar U luisteren en U steunen, God staat voor U open, mits U voor anderen openstaat. De toonsoort waarin deze teksten staan is niet pessimistisch, zoals op het eerste gehoor het geval lijkt te zijn, maar troostrijk. Het zijn geen hel-en-verdoemenis-teksten, maar woorden vol hoop en uitzicht. Het draait hier om als ouder even dreigen, opdat je kind op tijd verandert. Allemaal in ons eigen belang.
God vraagt van ons wat er echt toe doet: ons diepste zelf niet te verliezen in het leven doordat je je verliest in zaken die belangrijk LIJKEN, maar het niet zijn. Wie aan zichzelf voorbij leeft, omdat je nooit ergens tijd voor hebt, doet anderen en zichzelf schromelijk tekort. Wie niet de stilte van de binnenkamer weet te vinden, omdat je ook daarvoor geen tijd hebt, verwaarloost God, maar ook zichzelf. Steeds weer klinkt hier de vraag door: waarom verliezen we toch zoveel kostbare tijd aan dingen die er niet wezenlijk toe doen en waarom hebben we geen tijd voor wat je leven wezenlijk verrijkt? Waarom toch altijd weer die verkeerde volgorde, de verkeerde prioriteiten? Is geld kostbaarder dan muziek? Is haast belangrijker dan de tijd nemen voor het gebed, voor een lied, voor jezelf? Waarom gunnen we het onszelf toch niet intens te genieten van wezenlijke zaken, dingen die er ECHT toe doen in het leven? We komen aan dat alles alleen maar toe tijdens een vacantie; ja zelfs ook dan niet… Waarom doen we onszelf en anderen zozeer tekort? Jesaja en Jezus snappen dat niet, begrijpen daar niks van, dat mensen de kostbare tijd van hun leven vermorsen door langs de meeste wezenlijke elementen van het leven heen te leven, uitgerekend DAARvoor geen tijd te hebben. Hoe is het mogelijk? zo vragen Jesaja en Jezus zich verbaasd af.
Tijd IS niet in de eerste plaats geld, nee, God heeft ons de tijd gegeven om iets goeds met onze tijd te doen, iets dat je zelf goed doet, iets dat medemensen goed doet. Wie daarom voor medemensen geen tijd heeft en de deur dichthoudt moet zich niet verbazen als hij bij God de deur gesloten vindt. Gastvrijheid is niet voor niets een gebod, een stuk levenskunst. Het is geen toeval dat Jezus ons voorleeft hoe belangrijk het is als er iemand is die de tijd voor je neemt en je de aandacht schenkt die je nodig hebt. Jezus laat zich voortdurend bij zijn werk onderbreken door mensen die Hem nodig hebben. Hij neemt er alle tijd voor, als iemand een appèl op Hem doet.
Hoe zijn wij er voor anderen? Hoe gaan wij met onze tijd om, als anderen ons nodig hebben? Wie geen tijd en aandacht voor anderen heeft komt te laat bij God.
De kern van het leven is tijd en aandacht hebben voor wat er wezenlijk toe doet in het leven, net als Jezus alle tijd geven aan met ontferming bewogen zijn. Alle tijd hebben om Gods goedheid om je heen te verspreiden, net als Jezus. Niet zo jachtig leven dat je niet eens doorhebt dat een ander ergens mee zit, blind zijn voor het feit dat een ander je tijd en aandacht nodig heeft. Niet zo bezig zijn met jezelf dat je de nood van een ander niet eens ziet. Het is juist de kunst oplettend, aandachtig, toegewijd te leven, alle aandacht te hebben voor mensen die je aandacht verdient. Niet aan het leven voorbij racen en zo alleen maar tijd verliezen, terwijl je dacht zo tijd te winnen, maar van tijd tot tijd stilstaan bij een het leven van een ander, stilstaan bij de vraag waar je zelf nu eigenlijk mee bezig bent om zo de tijd die God ons gegeven heeft optimaal in te vullen.
God verwacht niets van tijd schrijven, haasten en vliegen, nee, God verwacht alles van bekering en rust, van mensen die het roer radikaal durven omgooien en de tijd voor elkaar nemen. Eerst sabbath vieren, eerst recreëren in Gods natuur en zodoende herschapen worden, pas daarna komt de werkweek. Dat is de omgekeerde volgorde van wat WIJ als belangrijk zien. Wij leven dan ook gedreven door tijd is geld. Wij worden geleefd. Jezus leert ons: leven is eerst omhoogkijken en Zacheüs zien zitten, de tijd nemen voor elkaar en pas daarna je weg vervolgen. Eerst luisteren en pas daarna aan de slag gaan in plaats van als een blind paard alsmaar voort te hollen. Wat bij ons achteraan komt, geniet bij God prioriteit, omdat God een voor alle mensen HEILZAME volgorde op het oog heeft.
Daarom rechte sporen trekken. Gesjoemeld wordt er al meer dan genoeg. Geen gedraai.
Uit de ratrace durven stappen, omdat onthaasten een mens goed doet.
Heilzaam, helend leven, net als Jezus. Alleen dan krijgen mensen de kans te groeien aan het leven. Alleen dan groei je zelf aan het leven, dankzij leermeester God. Alleen door dichtbij Gods raadgevingen voor een goed leven te leven heel je wonden, genees je anderen en genees je zelf. Pas zo komt het tot vrede in je leven: vrede met anderen, vrede met jezelf, volop tevreden. Wat is heilzamer, wat heeft een mens meer nodig dan dat? Amen.